Homepagina > Onze overledenen > Jaar 2016. > Pater Jo van de Ven overleden.

Pater Jo van de Ven overleden.

dinsdag 23 augustus 2016, door Webmaster



_

In medeleven en dankbare herinnering

delen wij U mede dat

JO VAN DE VEN,
(Johannes Petrus Joseph),

van de Missionarissen van Afrika
- Witte Paters -

op zondag 21 augustus 2016 in Roermond is overleden.


_


Jo werd geboren op 15-3-1941 te Nistelrode. Hij studeerde in onze vormingshuizen van St. Charles te Esch, Franklin in de Verenigde Staten en Ottawa in Canada, waar hij zich op 25-6-1965 door een missionaris-eed verbond aan onze Sociëteit. Hij werd op 2-7-1966 te Princenhage priester gewijd. Hij had 5 ooms priester, waaronder onze medebroeder Henk van Kessel. Hij was hartelijk en opgeruimd, spontaan van aard, recht door zee, en zei hij wat hij vond, en niet altijd in diplomatieke termen. Anderen waren daar niet steeds tegen opgewassen. Hij wist wat hij wilde, nam initiatieven met verantwoordelijkheid en toewijding. Hij hield van muziek en sport en was heel goed in talen.

Zijn eerste benoeming was in Mozambique, toen nog een Portugese kolonie, maar daar werd hij al half 1967 uitgewezen door toedoen van de geheime politie. Daarop volgde zijn benoeming in Oeganda. Eind 1967 vertrok hij naar de Ssese eilanden en begon hij met het leren van de Baganda taal en cultuur. Hij ging die taal zo goed spreken, met typische spreekwoorden en gezegden, dat men graag naar hem kwam luisteren in de kerk en in vergaderingen.
Half 1968 ging hij naar de parochie Katimba in het bisdom Masaka.
In de loop van 1970 werd hij pastoor op de Ssese eilanden, en van 1973 tot 1983 pastoor in Kalungu.
Na een verlof in Nederland schreef hij op 14-1-1979: "Mijn heimwee naar Nederland heeft niet lang geduurd, want de ontvangst hier was wel zo geweldig, dat ik me meteen weer thuis voelde". Typisch voor hem is dat hij zijn brieven steeds tekende: "Met hand en hart, Jo".

In 1983 zochten de Witte Paters vrijwilligers om in Noordoost Oeganda een heel nieuw project te beginnen. Jo bood zich aan en op 28-10-1984 kon hij vertrekken naar het bisdom Soroti. Daar leerde hij op zijn eentje de Iteso taal en gewoonten met dezelfde vaardigheid als het Baganda. Hun gebied grensde aan dat van de Karimojong, beruchte veedieven, waar in die tijd nog gewapende overvallen plaats vonden. Daarom waren de kerk, de pastorie en het zusterklooster ook 5 jaar lang verlaten geweest, en Jo en zijn medebroeders vonden alles leeggeplunderd en de ruiten gebroken. Een bouwgroep herstelde de bestaande gebouwen, bouwden 2 klaslokalen voor de middelbare school en een kraamkliniek met 5 zaaltjes. In augustus 1985 kwam er een nieuwe groep zusters. Van de 32 kerkdorpen waren er nog 8 actief; zij voerden die weer op naar 26, en spijkerden de Catechisten bij. Wat hen opviel was dat zij hier met stamhoofden en onderwijzers een veel betere relatie hadden dan in het Zuiden en Westen van Oeganda. Van tijd tot tijd waren er nog steeds strooptochten van de Karimojong, en ook veldslagen vanwege de burgeroorlog die gaande was. Op 29-6-1987 schreef Jo: "Alle kamers hebben kogelgaten". Iemand vertelde dat zij soms op de vloer moesten gaan liggen om zich te beschermen. Jo vervolgde: "Zelfs de bisschop heeft ons aangeraden voorlopig naar elders te gaan..., (maar) wij zijn van de mensen gaan houden... de meerderheid wil op een eerlijke manier hun kost verdienen en verlangt vrede".
Op 21-7-1989 verhuisde hij naar Acumet om er een nieuwe parochie op te richten, en wel in het "hartland van de rebellen". Hij schreef 29.12.1990: "Ik heb een soort "pastorie", klooster met 3 Zusters, kerk en klinieken 22 kerkdorpen... De taal heb ik zowat onder de knie".

Op 27-4-1993 ging Jo op verlof naar Nederland. Na 10 jaren intens werken in een moeilijke omgeving had hij behoefte om wat afstand te nemen. Op 1-10-1993 aanvaardde hij een benoeming als pastoor te Bakel, in Oost-Brabant. Eind december kwam daar de parochie Milheeze bij. Hij legde er heel zijn hart en energie in. Toen hij ging vertrekken lieten de parochianen blijken dat zij graag gehad hadden dat hij bleef. Maar zoals hij schreef op 4-1-1995: "Er groeide nostalgie in mijn hart: voor Afrika en voor een ware WP gemeenschap". Per 1-2-1995 onthief de bisschop hem eervol van zijn functies, en schreef o.a.: "... met grote toewijding en inspiratie ... in goede samenwerking met uw collega’s en beide besturen".

Op 10-7-1995 keerde hij terug naar Oeganda, weer naar het Noordoosten, om in het bisdom Moroto de nieuwe parochie Tapac te stichten, waar hij in januari 1997 ook pastoor werd. Die besloeg 12 bewoonde valleien, met veel volgelingen van Traditionele Godsdiensten en een handvol Christenen; er waren geen andere geloofsgemeenschappen werkzaam. In zijn kennismakingsvergadering met de dorpsoudsten ontving hij de naam: "lievelingsstier met hoorns in de vorm van een hart"! Zij begonnen meteen met 3 schooltjes. Ook hier kwamen de Karimojong koeien stelen, en alle mannen droegen wapens. Jo bouwde er een parochiecentrum met stromend water en zonne-energie.

Bij zijn 40-jarig jubileum in 2006 schreef hij: "Al die jaren richtte ik in teams van pioniers nieuwe parochies op in het bisdom Masaka, in het bisdom Soroti en in het bisdom Moroto en gewoonlijk was ik de verantwoordelijke. Ik was er best trots op dat onze leiding mij waardig keurde voor die baanbrekende taken. Ik klaagde helemaal niet over de vele moeilijkheden zoals het leren van nieuwe talen, culturen, gewoonten, de primitieve omstandigheden, enz., allemaal eigen aan nieuwe projecten, maar ik voelde me gelukkig en voldaan, geëngageerd en betrokken. Ik wist me gezonden naar de grensgebieden van het gevestigde Christendom, en dat is een van de belangrijkste prioriteiten van onze Sociëteit. Wat dat betreft voel ik slechts dankbaarheid voor hen die mij met die missies belastten".

Op 10-12-2007 ging hij op langer verlof naar Nederland. De 10 jaren in Tapac hadden veel van zijn krachten geëist; hij had fysieke en geestelijke herbronning nodig. Hij ging 2 maanden lang familie en vrienden bezoeken in Canada en de VS, en volgde daar een hernieuwingscursus van 6 weken in Tucson, Arizona. Daarna volgde hij nog 3 maanden cursus in Hawkstone Hall, Engeland. Hij beleefde die tijd zoals hij 26.3.2008 schreef: "Wanneer de Heer een deur sluit, opent hij wel weer een raam".

Eind augustus 2008 kwam de aftredende Provinciaal van Oeganda naar Nederland om Jo uit te nodigen samen met hem een nieuwe parochie op te zetten in Nabulagala, de plaats van de eerste vestiging van de Witte Paters in Oeganda in 1879 en waar de eerste Katholieken waren gedoopt, waaronder 4 toekomstige Martelaren. Jo zou dan vooral verantwoordelijk zijn om daar ook een Pelgrimsoord van te maken. Jo vertrok op 10-12-2008 en schreef: "Ik ben zeer tevreden ... we zijn onder de indruk van de belangstelling die de gelovigen tonen". Hij moest wel wennen aan het stadsleven, want Nabulagala is nu een wijk van de hoofdstad Kampala. Jo was altijd al geïnteresseerd geweest in die eerste Christentijd in Oeganda. Toen hij zijn taken overdroeg als pastoor, kon hij vaker ingaan op uitnodigingen uit omliggende parochies om bezinningsdagen te leiden over die beginjaren. Dat deed hij graag, totdat de sectoroverste het beter vond, dat hij verzorging zocht in Nederland. In de loop van de jaren was hij kortademig geworden en in 2011 had hij nog maar een longcapaciteit van 39 %. Op 9-4-2015 kwam hij naar Heythuysen. Aanvankelijk realiseerde hij zich niet hoe verzwakt hij in feite was. Maar langzaam aan heeft hij moeten aanvaarden dat hij niet meer terug kon naar Oeganda. Hij heeft het betreurd dat hij daar geen afscheid heeft kunnen nemen van zijn mensen.

Het aspect van Jezus wat hij vooral beleefde, zijn hele leven overziend, was:
Jezus in vrijmoedig debat met Schriftgeleerden en Farizeeën.

De uitvaartdienst zal plaatsvinden op zaterdag 27 augustus om 14.30 op St. Charles, Op de Bos 2, Heythuysen, waarna hij begraven zal worden op ons kerkhof aldaar.

Namens de familie
Piet van de Ven
Hooge Camp 5
5384 DA Heesch

Namens de Witte Paters
Pater Piet Buijsrogge
Op de Bos 43
6093 NC Heythuysen