Homepagina > Nederland > Contactbrieven > Contactbrief 3e kwartaal 2012. (nr. 185)

Contactbrief 3e kwartaal 2012. (nr. 185)

maandag 24 september 2012, door Webmaster




.-.-.-.-.-.-.-.-.

Kardinaal Lavigerie’s
antislavernij kruistocht van

1887-1888
*
Missionarissen op verlof
*
Ons M.Afr. archief
*
Bisdom Sumbawanga
1886 - 2010 : 125 jaar
*
De V.O.W.P. reünie
*
Groeten uit Nigeria
*
Column: Jan Mol
*
Onze Overledenen
*

Foto’s van:

* uit het archief WP.;
* onbekende herkomst;
* internet;
* R. vd. Mast
* P. vd. Pas
* H. Schellen

.-.-.-.-.-.-.-.-.



De antislavernij kruistocht

1887 - 1888

In 2013

zal het 125 jaar geleden zijn

dat kardinaal Lavigerie

zijn antislavernij kruistocht ontketende.

25 jaar eerder

was er in ons, toenmalig,

Nederlands West-Indië

al een einde gemaakt aan de slavernij.
.-.-.-.-.-.-.

Staan we even stil bij deze gebeurtenissen

om ons af te vragen

hoe het in ónze tijd,

in ónze omgeving gesteld is

met vrede, gerechtigheid

en medemenselijkheid.

. - . - . - . - . - . - . - . - . - .

Deel - I -

De inzet van kardinaal Lavigerie


tegen de slavernij.


.---..---..---..---..- ---..---..---..---.

De ervaringen van zijn
missionarissen

Eind 19e eeuw schreven missionarissen vanuit Centraal Afrika naar hun stichter over de buitensporige wreedheden van de slavenhandel die zij op veel plaatsen tegenkwamen en hoe ze er machteloos tegenover stonden.

M. T. Ledóchowska

De kardinaal dacht hierover na. Toen begon hij iets te doen: hij begon er over te spreken in het openbaar. Hij riep iedereen in Europa op, maar vooral de vrouwen, om toch iets te doen om die mensonterende slavenhandel te beëindigen. Ook schreef hij erover, en zijn pamfletten werden vertaald.
Een van die pamfletten bereikte de 25-jarige Maria Theresa Ledóchowska , geboren in Oostenrijk als dochter van Graaf Antonius en zijn vrouw Josefina. Het raakte haar in haar ziel, ontstak haar in vuur en zette haar aan iets te gaan doen. Inderdaad, zij deed iets. Later memoreerde zij: Als ik dit pamflet niet gelezen had, zou ik nu waarschijnlijk een hofdame zijn aan het Oostenrijkse Hof. In feite werd zij de stichteres van de Missiezusters van St. Petrus Claver.
(nu gevestigd aan de Bouillonstraat 4, 6211LH Maastricht)

* 1951 werden er in de Belgische Kongo twee postzegels uitgegeven in de strijd tegen de slavernij. De ene zegel was gewijd aan Kardinaal Lavigerie, de andere aan Baron François Dhanis (1861-1909).
* Zij werd zalig verklaard in 1975.

.-.-.-.-.-.-.


Brussel 1876


Tijdens de Internationale Conferentie van Brussel in 1876 werd door vertegenwoordigers van Europese landen veel gesproken over handel in Afrika, ook over slavenhandel. Concrete afspraken op dit gebied bleven echter uit en zodoende betekende die Conferentie weinig of niets op dit gebied. Niettemin, een eerste stap was gezet. Het moet hier wel duidelijk gesteld worden dat het niet ging om de Trans-Atlantische slavenhandel maar om de Arabisch-Afrikaanse slavenhandel. De Arabieren haalden hun Afrikaanse slaven uit Noord- en Oost-Afrika en bij die handel was de slavenmarkt op het eiland Zanzibar een belangrijk centrum. Op de conferentie die vier jaar later, dus in 1880, gehouden werd in Berlijn, ging de voornaamste interesse uit naar welk deel van Afrika de grote Europese landen zich ieder konden toe-eigenen als kolonie. Veel interesse in de slavenhandel was er ook toen niet.

Pelgrimstocht naar Rome


Intussen ging het missiewerk dat de Witte Paters in 1878 waren begonnen, wel door. In 1888 was het tien jaar sinds hun eerste groep missionarissen was afgereisd naar Centraal Afrika. Dat was ook het jaar waarin paus Leo XIII zijn gouden priesterfeest vierde en Lavigerie had besloten er op zijn manier aan deel te nemen.

Het zou een pelgrimstocht worden naar Rome, een Afrikaanse pelgrimstocht bestaande uit enkele diocesane priesters van de Noord-Afrikaanse bisdommen, een aantal Witte Paters samen met vertegenwoordigers van de eerstelingen van hun apostolisch werk: 12 gedoopte Afrikanen en 12 gedoopte Arabieren.

Pater Martin J. van der Wee.
* Kaatsheuvel: 1884; gewijd: 1910; vertrokken naar Oost-Afrika:1912; terug naar Nederland (ziekte) 1927; †Geertruidenberg, 1936.

Op 24 mei dat jaar was de audiëntiezaal in het Vaticaan propvol. Kardinaal Lavigerie hield zijn toespraak waarin de slavenhandel uitvoerig vermeld werd. Toen stond de paus op en ging in op ieder punt vermeld in Lavigerie’s toespraak. Tenslotte gaf hij de kardinaal een opdracht: Hij moest zich volledig gaan inzetten tegen de slavenhandel. En prompt de volgende dag - 25 mei - zette Lavigerie al zijn normale werkzaamheden opzij om zich volledig te storten op de antislavernij kruistocht.

Hij maakte contact met de regeringsleiders van Frankrijk en België, Duitsland en Engeland om wegen te zoeken de slachtoffers te beschermen. In België ontmoette hij koning Leopold. In Engeland contacteerde hij de Britse voorstanders van de afschaffing van slavernij. Hij beïnvloedde de Conferentie van Brussel van 1889-1890. In Frankrijk, vanwege de antiklerikale atmosfeer die er toentertijd heerste, was contact maken met de Franse Antislavernij Beweging moeilijk. Maar Lavigerie ging wel de preekstoel op in Parijs en in veel andere steden.

Deelnemers aan het antislavernij congres in Parijs.
Foto gemaakt in Parijs in 1890 tijdens het antislavernij congres.
Vertegenwoordigers van comité’s uit meerdere landen waren er aanwezig: België, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Oostenrijk en Portugal samen met de 12 jonge Afrikanen en Mgr. Livinhac, m. afr.



Lavigerie’s kruistocht


Op 1 juli preekte hij in de St. Sulpice in Parijs, enkele dagen later vertrok hij naar Londen voor een vergadering in Princess Hall, waar hij grote indruk maakte. Die vergadering besloot om er bij de regering op aan te dringen toch maatregelen te nemen tegen de slavenhandel. Terug naar Parijs, en vandaar naar België om te preken in de Sint-Goedelekerk in Brussel. Hier benadrukte hij vooral de mensonwaardige toestand in Kongo, een gebied waar de Belgen meer bekend mee waren. Naar Lavigerie’s mening moest de strijd tegen de slavenhandel wel landelijk worden georganiseerd.
Zodoende werden op veel plaatsen nationale comités opgericht om druk uit te oefenen op Europese regeringen. Op die manier kon de openbare opinie zich laten horen en zou de inzet van de kardinaal niet vruchteloos blijven.

Over zijn optreden in de Sint-Goedele in augustus 1888 lees ik in “Alles in Afrika was mij lief” :
‘Op 15 augustus 1888 om drie uur in de namiddag vult een grote menigte gelovigen en nieuwsgierigen de collegiale kerk in Brussel om naar de aangekondigde conferentie over verzet tegen de slavernij te luisteren’.
Kardinaal Lavigerie is er wonderlijk in geslaagd om gekende ongelovigen als eersten te doen binnenlopen met al wat er aan zondaressen in Brussel en vrome dames rondloopt.
Het imposante schip van de kerk had zich gevuld tot aan de trappen van het koor. Tussen de aanwezigen bevonden zich de Nuntius, Staats- en Regeringsministers, generaals en officieren, magistraten en vertegenwoordigers van de pers van alle gezindten.
Als de eerbiedwaardige prelaat, in vol ornaat, met mijter op het hoofd en kromstaf in de hand, door het middenschip schrijdt, gaat er een siddering door de kerk. De kardinaal komt over als een fiere, robuuste grijsaard - (hij was toen 63 jr oud)- met witte baard. Hij is eerder kort van gestalte, maar wel indrukwekkend. Zijn stem die bij de aanvang wat zacht is, verheft zich en vibreert meer en meer naarmate zijn betoog vordert. Zijn houding en zijn voorkomen geven de indruk van een doorleefde en eerlijke betrokkenheid bij wat hij verkondigt. Hij draagt het rode kardinaalsgewaad met mijter en spreekt vanaf de fraai gebeeldhouwde houten kansel de menigte toe, terwijl vier Witte Paters en geestelijken in koorhemd aan de voet van het preekgestoelte staan. Het is een prachtig schouwspel om naar te kijken, vooral ook omwille van de gedreven welsprekendheid van de redenaar.’

EfvéVé
Wordt vervolgd.
* Zie: Red. Serge Desouter, m.afr; Altiora Averbode nv, 2012. ISBN 978-90-317-3492-4.


Onze Verlofgangers

  • J. de Bekker uit Ivoorkust. - contact : 040–2262742 - mailto:debekkerjo@gmail.com - Vertrek 7 september.
  • A. Schaminée uit Ghana - tel. : 0162-383132 - Vertrek Rome 30 augustus.
  • W. Burm uit Burkina Faso - tel. : 0162-383120 - Vertrek 4 september.
  • F. v. Campen uit Ghana - tel. : 0162–6139116 - Vertrek Tanzania, 19 augustus.
  • M. Bloemarts uit Mali - tel. : 0162-383114 - Vertrek 1 september.
  • M. Balemans uit Ghana - tel. : 0162–383115 - Vertrek 4 oktober.
  • G. Groenewegen uit Algerije - tel. : 0162-383128 - Blijft in Nederland.
  • E. v. Oostrom uit Oeganda - tel. : 030–601267 - Vertrek n.b.
  • P. v. Hulten uit Malawi - contact : 076–5412307 - mailto:piethult@gmail.com - Vertrek ?
  • P. Horsten uit Italië - tel. : 0162-383127 - Vertrek 12 september.



    Ons M. Afr. archief


    Misschien zal 27 oktober 2011
    wel een bijzondere dag blijven
    in de geschiedenis van
    de Nederlandse tak van de Missionarissen van Afrika.
    HOEZO?
    Omdat op die dag een groot deel van ons archief
    werd overgedragen aan de
    Stichting Erfgoed Nederlands Kloosterleven
    in het Sint-Aegten klooster in Cuijk.

    .--- … --- … --- … --- … --- … --- … --- … --- … ---.


    Voorgeschiedenis

Dat in Nederland de talrijke religieuze orden en congregaties een rijke geschiedenis hebben, is algemeen bekend. Sommige van die orden en congregaties bestaan immers al eeuwen. Die geschiedenis - die rijkdom - is terug te vinden in hun archieven, een geschiedenis die zich op het religieuze vlak uitstrekt, maar ook in het gewone maatschappelijke leven: in onderwijs en ziekenzorg, in cultuur en jeugdzorg, zowel in Nederland als in de missiegebieden waar talrijke Nederlandse missionarissen jarenlang hebben gewerkt. Vanwege de toenemende vergrijzing van de religieuzen kwam enkele jaren terug de vraag op wat er in de toekomst zou gaan gebeuren met die rijkdom.

Bij sommige internationale instituten dacht men aanvankelijk om die archieven over te dragen aan hun respectievelijke generalaten omdat ze eigendom zijn van de congregaties/orden. Maar een andere opinie was dat die archieven een beeld geven van wat Nederlandse zusters, paters en broeders in de voorbije eeuwen hebben gepresteerd, en dat daarom die archieven in Nederland zouden moeten blijven. Die opinie kreeg, zowel binnen de orden en congregaties als er buiten, meer en meer aanhang en zodoende groeide langzaam maar zeker de overtuiging dat die talrijke religieuze instituten een centrum zouden moeten opzetten om hun religieus en missionair erfgoed te bewaren.

Stichting Erfgoed Nederlands Kloosterleven

Klooster Sint Agatha

Dank zij de samenwerking met andere organisaties werd in 2006 zo een centrum werkelijkheid; het werd gevestigd in het Sint-Aegten klooster in Cuijk. Gebouwd in 1371, wordt het -althans gedeeltelijk- nog steeds bewoond door de kruisheren. De kloostergemeenschappen die zich hebben aangesloten bij de Stichting Erfgoed, brengen hun archieven, boeken en voorwerpen hierheen met als doel hun erfgoed blijvend binnen Nederland te behouden en te laten beheren, ofschoon die gemeenschappen zelf de eigenaren blijven van hun archieven. Niettemin, als ze dat willen, kunnen ze hun eigendomsrecht ook overdragen aan de Stichting.

Het grote doel is te laten zien hoe en waar Nederlandse zusters, broeders en paters hebben geleefd en gewerkt, waar ze zich jaren lang voor hebben ingezet, wat ze hebben gepresteerd en hoeveel zij hebben bijgedragen aan groei en ontwikkeling in veel landen. Mensen die meer van deze geschiedenis willen weten, kunnen nu terecht in Cuijk.

* (Voor meer informatie, zie: www.erfgoedkloosterleven.nl/
en Stichting Sint Aegten, 2006; ISBN-110: 90-810738-1-8

De Missionarissen van Afrika en hun archief

Wat verstaat men eigenlijk onder ‘archief’? Het is een verzameling teksten die verband houden met de activiteiten van de sociëteit hier in Nederland; d.w.z. met het bestuur, de rekrutering en de uitbreiding van de sociëteit, met de behuizing, de koopaktes en de benoemingen, alsook met de relaties met de bisdommen in Afrika waar Nederlandse WP’ers werkzaam waren. Ook rapporten, en notulen van vergaderingen vanaf het begin van onze aanwezigheid in Nederland tot 2010/2011. Stukken van de financiële administratie en van de dossiers van individuele leden zijn er geen onderdeel van.

Handtekening bij de overdracht.

Dus, in het kort, wat er sinds de komst van de Missionarissen van Afrika naar Nederland - dus sinds 1892 - is besloten en gebeurd, is er in terug te vinden.

De keuze was aan ons: onze archieven vernietigen óf in bewaring geven bij mensen die respect hebben voor onze stichting en zijn leden. Zowel de menselijke als de goddelijke kant van onze missionaire inspanning staan gedeeltelijk beschreven in de archieven. In de toekomst kunnen mensen daar, hopelijk, inspiratie uit opdoen.

Plaats in het archief in Sint-Aegten.

Na ons vertrek uit Boxtel medio 2002 sloegen wij ons archief netjes op in Dongen. Maar met de groeiende vergrijzing bij de Nederlandse witte paters werd ook bij ons de kwestie van het archief aangekaart. De een vond het (nog) niet nodig het archief uit handen te geven, een ander vond dat we de documenten over de periode 2000-2011 nog een tijdje zelf moesten bewaren om het gemakkelijker te kunnen raadplegen, maar tenslotte was iedereen er van overtuigd dat het nu de tijd was het archief over te dragen aan de Stichting Erfgoed Nederlands Kloosterleven in Cuijk waar de M. Afr. intussen archiefruimte hadden ingekocht.

Eind oktober 2011 werd een groot deel van ons archief dus verhuisd naar Cuijk. De totale archiefbescheiden hebben een omvang van 15 meter. De lijst van de overgedragen stukken kan aan anderen ter beschikking worden gesteld, ook via internet. Voorlopig blijft alles ons eigendom. Het contract dat is getekend, loopt tot het jaar 2035, en kan daarna verlengd worden.

Al de stukken zijn toegankelijk. In de studiezaal waar studenten onderzoek kunnen doen, heerst stilte en er is toezicht zodat niets uit de archieven meegenomen kan worden. Als een M. Afr. naar Sint Agatha wil gaan om daar in het opgeslagen archief iets op te zoeken, heeft hij verlof nodig van zijn sector overste, maar hij mag geen documenten mee naar huis nemen. Anderen moeten een verzoek ertoe indienen bij de archivaris, die dan onze sector overste contacteert.

In de toekomst zullen ook boeken en voorwerpen zoals missiebusjes, schilderijen en onderscheidingen, worden verhuisd. Maar eerst zal een van de archivarissen uit Sint Agatha komen om te oordelen wat wel en wat niet belangrijk is om te worden bewaard en opgeslagen.


EfvéVé.


T a n z a n i a



Pater Piet van der Pas (Heeswijk 1940)
werkte vanaf 1967 in het bisdom Sumbawanga.
In 2010 keerde hij voor goed terug
naar Nederland.

Doch in 2011 was hij aanwezig
bij de feestelijkheden in zijn vroegere bisdom.

.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.

Gedurende 125 jaar was deze prachtige en vruchtbare streek van Tanzania – bijna zo groot als Nederland en België samen – het werkterrein van de Witte Paters (Missionarissen van Afrika).

Tanzania.

In 1878 kwam een aantal door Christus gedreven jonge missionarissen er aan in de voetsporen van de ontdekkingsreizigers. In de 125 jaar die volgden hebben zij en hun opvolgers er geschiedenis geschreven. Van 1885 tot 2002 hebben zij zich ingezet voor de evangelisatie en de materiële ontwikkeling van de bevolking.

De Jubileumviering

Het is zondag 23 Oktober 2011. We zijn in Sumbawanga aangekomen, een stadje dat zich snel ontwikkelt en bruist van bedrijvigheid. De streek, met een christenbevolking van rond de 80%, staat bekend als het meest succesvolle werkterrein van alle missiecongregaties van Oost-Afrika. De jubileumviering had eigenlijk verleden jaar plaats moeten hebben, maar vanwege organisatorische, maar vooral financiële redenen werd die vooruitgeschoven naar vandaag. De eucharistie-viering wordt voorgegaan door de aartsbisschop van Tabora, Mgr. Paul Ruzoka. Enkele duizenden mensen hebben zich achter de kathedraal verzameld, ook acht bisschoppen en zo’n 65 priesters. Er zijn enkele Europese gasten, die voor deze gelegenheid naar hier gekomen zijn. Allemaal samen trekken zij in processie naar een groot podium, dat daar is opgericht.


De Kerk in Tanzania
nu
in handen van
Tanzanianen.

Na een tijd van afwezigheid uit de streek valt het me opnieuw op met welk een intensiteit en zinderend enthousiasme deze vieringen beleefd worden. Zang en dans, die je, ondanks de warmte, koude rillingen langs je rug bezorgen, worden begeleid door orgel, trommen en ander slagwerk; de Fipa staan bekend om hun muzikale kwaliteiten. De viering duurt - schrik niet - van half negen in de morgen tot half vier in de namiddag: inleidende toespraken, welkomstwoorden, offerandeprocessie, en een preek van ruim drie kwartier door de aartsbisschop. Het valt me op - en ik moet bekennen met een zekere voldoening - dat deze in zijn toespraak over de geschiedenis van de witte paters bijna letterlijk een aantal passages aanhaalt uit het boek dat ik verleden jaar had uitgebracht over de eerste karavanen en de evangelisatie van het land van Ufipa. Tegen het einde van de dienst volgen opnieuw diverse toespraken, want iedere hoge gast moet zijn woordje doen. We horen woorden van waardering voor de witte paters die, afgezien van het christendom, óók een behoorlijke mate van materiële welvaart hebben gebracht. Terwijl de menigte dat alles aanhoort, meebeleeft en op de hun zo eigen manier toejuicht, gaat - naar gelang de middag vordert - de zon alsmaar warmer branden. Het schijnt niemand te deren. Vóór de slotzegen komen er nog honderden mensen naar voren met hun gelukwensen en cadeaus. Zelf bied ik een gedachtenisboek aan met de foto’s, gevonden in de archieven, van 196 van de 221 witte paters en broeders die sinds het allereerste begin in deze streek hebben gewerkt. Er doorbladerend denkt er straks, over zo’n 50 jaar, misschien nog eens iemand aan ons! Tijdens deze lange happening, zie ik zo nu en dan wat oudere mannen ‘achter de coulissen’ verdwijnen; de natuur moet zijn verloop hebben.

De meeste missionarissen zijn nu op leeftijd en zijn vertrokken na goed werk te hebben gedaan. Zij hebben er de christelijke boodschap gebracht, maar hebben toch ook brokken Europese cultuur opgedrongen, samen met de structuren van een Europese Kerk. Het instituut Kerk dat we daar achterlaten, wordt - net als in Europa - gekenmerkt door Roomse macht, wetten en regels. In Sumbawanga werd bijvoorbeeld, voorafgaand aan die jubileumviering, duchtig en bijna dwangmatig gecollecteerd, want alle pracht en praal moest uit de kast worden gehaald. Afgezien van deze en andere talloze collectes vindt de doorsnee christen die feesten allemaal wel prachtig, maar de intelligentia begint wel te ageren tegen deze toestanden en je ziet hier en daar het antiklerikalisme groeien. Ik denk dan met een ietwat schuldig gevoel: ‘Hebben we hier niet te doen met een Kerk die ze van ons, missionarissen, hebben meegekregen? Een Kerk die ik zelf heb helpen brengen? Moeten ze hier dan straks ook zo’n afbraakproces doormaken zoals we dat nu in Europa kennen?’ Maar aan de positieve kant denk ik dan ook aan de talloze basisgemeenschappen, die in de diverse parochies en buitenposten actief zijn en waar de leken zo’n prominente rol spelen. Kleine groepjes mannen, vrouwen en kinderen komen onder leiding van plaatselijke lekenleiders eens in de week bijeen in hun straat of wijk, vandaag in dit huis, volgende week in een ander; ze bidden daar samen, lezen de bijbel, en trekken er vervolgens hun conclusies uit en gaan dan de straat op om hun ‘christen zijn’ actief vorm te geven in charitatief werk onder elkaar: brandhout brengen aan dit oud vrouwtje, een lekkend dak herstellen bij die oude man, godsdienstonderricht geven aan de kleinsten, het om de beurt voorbereiden en verzorgen van de eucharistievieringen op zondag in de grote parochiekerk.
Met regelmatige tussenpozen trok ik indertijd als priestermissionaris de wijken in, vierde er de eucharistie, deed daar - veel liever dan in de grote parochiekerk - doopsels en huwelijken en verrichtte er ander pastoraal dienstbetoon.

Ik heb verschillende jaren intens plezier beleefd aan die groepen: een ‘mobiele’ kerk, geleid door lekenleiders, actief midden tussen de mensen, weg van die massale anonimiteit van immense parochies. Het ‘er-zijn-voor-elkaar’ daar waar je met mensen samenwoont, dat is het kerk-zijn waar het in wezen om zou moeten gaan.

Terug in Den Bosch zie ik dan met lede ogen hoe hier in het bisdom, en ook elders, telkens weer een aantal parochies worden samengevoegd, kerkgebouwen worden gesloten, en dat aan mensen hun plek van samenkomst ontnomen wordt. Kunnen wij hier in Europa niet leren dat het ook anders kan, dat we mensen respect en ruimte dienen te geven om die simpele christelijke idealen van saamhorigheid en naastenliefde te beleven in hun eigen omgeving zoals dat al gebeurde in de Handelingen van de Apostelen? Want alleen dan kun je samen op je eigen manier Kerk zijn, dan ben je samen het Lichaam van Christus. Ik denk dat de kerkleiding in het westen eens goed over de grenzen zou moeten kijken, verder dan hun neus lang is, want ze zouden best eens iets kunnen opsteken van die jonge dynamische geloofsgemeenschappen in Afrika. Zo gauw ze dat doen, zal er ook hier weer iets te vieren zijn.



Reünie op
zaterdag 29 september 2012
bij de Witte Paters,
Modestusstraat 20, 5101 BP DONGEN
Telefoon 0162 – 313845

Voor de reünie zijn uitgenodigd:

  • alle oud-studenten met echtgenote/partner
  • alle in Nederland vertoevende Witte Paters en Broeders
  • alle oud-Witte Paters/Broeders met echtgenote/partner.

    De ontvangst is vanaf 10.00 uur. Degenen die de eucharistieviering willen bijwonen kunnen dit doen om 11.00 uur in de kapel. De afsluiting van de dag zal rond 16.00 uur liggen.

    Piet Buijsrogge m.afr.

    Piet Buijsrogge m. afr. (Kloetinge, 1936) zal ons voor een korte tijd mee naar Afrika nemen door over zijn ervaringen te vertellen onder de titel: Terug in Burkina Faso na 28 jaar.

De onkosten voor de reünie bedragen € 10 per persoon (lunch en drankjes inbegrepen). De jaarcontributie is € 10. U wordt verzocht het verschuldigde bedrag over te maken naar de rekening van de VOWP bij de ABN/AMRO onder nummer 61.66.06.575 ten name van de penningmeester P. Fruytier te Goirle onder vermelding van VOWP.

U gelieve uw deelname aan de reünie op te geven aan de secretaris van de VOWP schriftelijk, telefonisch of per e-mail.
Eenieder wordt aangespoord aan bekenden kennis te geven van de reünie, zodat wij op deze manier ons bestand kunnen uitbreiden.
Kijk ook eens op www.wittepaters.org en ook op www.The-pelicans.co.uk

Wij zien U gaarne op 29 september 2012 nu voor de tiende keer in DONGEN.

Met vriendelijke groet,
Kees (C.H.N.) Veenhof, secretaris.

Herenweg 83 A, 2105 MD Heemstede.
Telefoon 023 - 5281101
mailto:veenhofc@telfort.nl

NB. De datum voor de reünie is dit jaar niet de eerste zaterdag van oktober, want 6 oktober komt de Witte Paters in Dongen niet goed uit.


Groeten vanuit Nigeria

Verhuizing van Ghana -> Nigeria

Na meer dan 40 jaar als een Ghana missionaris, heb ik dat land vaarwel gezegd en ben naar Nigeria getrokken! ‘Was dat geen té grote verandering,’ is me vaak gevraagd, ‘en zeker toch op jouw leeftijd?’

Ja, een verandering was het wel, maar dat zijn we als missionarissen wel gewend. Meer dan zes, acht of tien jaar op dezelfde plaats zijn is altijd een uitzondering geweest, want, zo werd er soms ‘stoutjes’ aan toegevoegd, je moet de mensen ook een kans geven! Mijn overplaatsing was naar een ander land, maar wat zijn grenzen tegenwoordig? Ook in Afrika worden de lijnen uit de koloniale tijd steeds meer gezien als onnatuurlijke grenzen, en probeert men andere eenheden te scheppen zodat samenwerking vlotter en beter gaat. Onze Sociëteit doet daar aardig aan mee en in West Afrika zijn er nu maar twee WP-provincies, al zijn die toch nog een beetje op koloniale leest geschoeid, namelijk, de een is Franstalig en de andere Engelstalig. Ghana en Nigeria vormen dus wat ons betreft een eenheid. Een nieuwe benoeming is wel een verandering van de ene gemeenschap naar een andere. Het mooie daarvan is dat je niet in een ‘vreemde’, maar steeds in een ‘bekende’ plaats terecht komt, d.w.z. een plaats waar je samen bent met medebroeders die in principe allemaal hetzelfde voor ogen hebben als jij, een bijdrage proberen te leveren aan de opbouw van het Koninkrijk Gods, om het officieel te zeggen. Ook voor de wijdere omgeving waarin je terecht komt, geldt een soortgelijke regel, namelijk die van “als je vriendelijk bent tegen de mensen, zijn die ook vriendelijk tegen jou!” De plaatselijke taal machtig worden blijft dan nog wel een probleem, maar als je ergens pas bent, voel je al meteen dat de taal van de glimlach door iedereen wordt verstaan! Alleen al het feit dat je moeite doet hun taal te leren, is een taal die door de mensen sterk gewaardeerd wordt. Met de hulp, zo nu en dan, van een tolk wordt dan ook hier het pinksterwonder bewaarheid: Iedereen verstaat je! Soms wordt er met Nederlanders wel eens gegrapt, dat wij wel ‘alle talen’ spreken, maar dat niemand ons verstaat!

Ibadan
De Witte Paters zijn pas in 1942 in Nigeria gaan werken, en dat was in het tamelijk landelijke bisdom Oyo. Nu, 50 jaar later, zijn we naar het stedelijke bisdom van Ibadan getrokken. Mijn benoeming naar Nigeria bracht dus best wat veranderingen met zich mee. Van de plattelands-cultuur in het noorden van Ghana (het gebied nabij de stad Bolgatanga) kwam ik terecht in de grootstad Ibadan, die met al zijn buitenwijken wel zo’n 3 miljoen inwoners heeft. Lag de Universiteit van Ibadan (opgericht in 1946) oorspronkelijk een flink eind buiten de stad, nu wordt dat grote gebied door woongebieden omringd. Veel van onze parochianen werken op de universiteit, en daar komen dan nog de vele studenten bij die in onze wijk een kamer huren. Voor mij betekent dat een zeker ‘geluk’, want bijna iedereen in en rond de universiteit spreekt Engels, ook al is het dan soms ‘pigeon english’, d.i. wel Engelse woorden, maar zinnen met een lokale Afrikaanse constructie! Soms heel aardig om te horen, maar af en toe moet je echt vragen wat ze nu eigenlijk bedoelen. Met wat uitleg ben je zo aan hun woordgebruik gewend. Al doende leert men!

Groot Ibadan blijft groeien. Zo werden enkele jaren geleden twee buitenposten op 10 en 20 km afstand van het centrum van de St-Thomasparochie zelfstandige parochies. Een derde is nog niet zo lang geleden geopend, maar staat ook op het punt zelfstandig te worden. Het ‘aardige’ van deze laatste plaats is dat we er over twee wegen naar toe kunnen en beide wegen zijn vierbaans!

Jammer is dat juist voor je er aankomt die twee wegen bij elkaar komen en er bijna constant file is! Er zullen maar weinig medebroeders zijn die buitenposten hebben met dat soort dubbele ‘luxe’!

Onze parochie, d.i. de St-Thomas-parochie, is 40 jaar geleden gesticht door de SMA paters (= paters van Cadier en Keer) die al sinds lang in Ibadan werkzaam waren. 20 jaar later, in 1992, werd het een zelfstandige parochie en toevertrouwd aan de zorg van de Missionarissen van Afrika. Met het bisdom werd toen overeengekomen dat wij een aangrenzend stukje land voor een opleidingshuis mochten gebruiken. De parochie ligt in het noorden van de stad, in de dichtbevolkte wijk Agbowo. In een straal van 5 km zijn er wel, - schrik niet! - 50 kerken. En er komen er ‘dagelijks’ nog bij! Die opspringende kerkgenootschappen hebben soms alleraardigste namen, waarvan ik er onlangs een zag met het opschrift: “Last stop before Heaven”! Daarbij komen dan ook nog een groot aantal moskeeën. De verhouding tussen het aantal christenen en moslims hier is zo ongeveer 50-50! De ‘oudere’ kerken en ook de meeste moslimgroeperingen hebben geen echte moeilijkheden met elkaar, maar er is veel competitie tussen de vrij jonge pinkstergemeentes. Veel van die kerken geven de indruk een business te zijn, want wat je ook van God wilt hebben, is daar ‘te koop’!

In de buitenwijken van Ibadan zijn er plaatsen met ruim opgezette woningen, met meestal een grote muur er om heen. Anderen zijn echte volkswijken geworden en wij wonen in een er van. Met zo veel volk dichtbij hoef je als pastor niet ver te gaan, het werk komt vanzelf op je af. Er is geen activiteit of gelegenheid of er is wel een vergadering voor en allen willen graag dat een pastor hen daarbij aandacht geeft. Het is ook geweldig om te zien hoe vaak er om een zegen gevraagd wordt. Zonder blikken of blozen wordt God bij alle aspecten van het leven betrokken! Alle sacramenten en ook vele devotionele gebruiken zijn dan ook erg in trek.

Een tijdje geleden kwam bij een wereldwijd onderzoek naar ‘gelukkig zijn’, Nigeria als eerste uit de bus! Ondanks alle misstanden en tekortkomingen van het land, gelooft de Nigeriaan steeds in een betere toekomst. “By God’s grace!” wordt er dan altijd aan toe gevoegd. Als wij daarbij tussenpersonen mogen zijn, dan kunnen wij ons ook niet anders dan gelukkig voelen. Dat doe ik dan ook!

Piet de Bekker, m.afr. (Oosterhout, 1944);


Jan Mol

Jan Mol

Dat het rijk van God al onder ons is aanwezig is, dat weten wij van Jezus zelf. Het waren zijn eerste woorden toen hij zijn openbaar leven begon. Hij zegt van zichzelf dat Hij gekomen is om dat Rijk aan te kondigen, maar Hij zegt dan tegelijkertijd dat het al aanwezig is, maar je moet dan wel met zijn geloof je ogen openen om het te zien. Het is vaak als dat fameuze mosterdzaadje, waarover Hij spreekt in een parabel, Het is het kleinste van de zaadjes, maar als het uitgegroeid is, dan is het als een grote boom. Het begint allemaal heel klein en broos. En daarom is Hij ook gekomen, om dat reeds aanwezige rijk tot volledige bloei te laten komen. Dat is de betekenis van wat Hij noemt ‘het verkondigen van het Rijk’, dus zich inzetten met woord en daad opdat het helemaal tot volwassenheid mag komen. Dat aanduiden en het verder verkondigen is de missionaire opdracht die wij van Jezus kregen, als Hij zijn leerlingen – en dat zijn wij ook - uitzendt om het Koninkrijk van God te duiden en te verkondigen tot aan het uiteinde van de aarde.

Aan dat alles moest ik denken de laatste tijd denken naar aanleiding van dingen die zo maar ineens gebeuren en die je dan toch erg pakken met betrekking tot dat komende Rijk. Toen enkele maanden geleden een juwelierszaak in Den Haag werd overvallen en de eigenaar werd doodgeschoten, gebeurde er iets onverwachts, iets wonderlijks.

De echtgenote van de vermoorde juwelier, moeder van vijf kinderen, die hun vader van 48 jaar verloren, werd geïnterviewd op TV en zij kon zomaar zeggen, tot mijn en ieders verbazing, denk ik, dat ze geen wraakgevoelens had ten aanzien van die zeer jonge overvallers (19 en 21 jaar), maar eerder medelijden, omdat ze hun eigen toekomst hadden verwoest. Toen hoorde ik mijzelf opeens zeggen: ”hier is al het komende Rijk aanwezig; hier gebeurt het al. Onvoorstelbaar, maar waar ! Prachtig ! “ Ja, en dit zal niet iets enigs zijn, het zal meer voorkomen, zo een houding. Hier waait dan reeds de wind van Gods Geest, uitzonderlijk, maar waar.
Iets soortgelijks had ik al een keer gehoord uit de mond van een Nigeriaanse moeder in Londen, toen haar 12-jarig zoontje in de wijk op een brutale wijze werd vermoord door leeftijdgenootjes. Het kan dus waar gebeuren, en het blijft dus niet slechts een droom, die van Martin Luther King die de historische woorden sprak : “I have a dream ! “.

Onlangs gebeurde het weer, weer zo iets wonderlijks, en tevens omstreden. De tot dertig jaar veroordeelde vrouw van de Belgische kinderverkrachter en moordenaar Dutroux. Na het uitzitten van de helft van haar straf zou zij volgens algemeen gebruik vrij komen, maar toen kwamen - eigenlijk heel begrijpelijk - de nabestaanden, vooral de ouders van de misbruikte en vermoorde kinderen in protest tegen deze maatregel, ondanks het feit dat deze veroordeelde vrouw na vrijlating, opgevangen zou worden in een vrouwenklooster, om daar weer langzaam aan een nieuw leven te beginnen, een soort begeleid wonen, teruggetrokken in een religieuze leefgemeenschap. De religieuzen verdedigden hun standpunt, ook de aartsbisschop deed dat en allen baseerden zich op het evangelie. Vergeving moet mogelijk zijn. Ook ‘misdadigers’ moeten nieuwe kansen krijgen.

Vergeving is fundamenteel in het evangelie, en in het Komende Rijk, in die nieuwe wereld en op die nieuwe aarde, die wij nu reeds hier aanwezig mogen stellen.

Zulke gebeurtenissen doen je wel nadenken. Je wordt er steeds opnieuw door uitgedaagd, of liever: je kunt je er door laten uitdagen want het gaat niet automatisch; je moet er vanuit je geloof, vanuit het evangelie, op willen worden uitgedaagd. Het vraagt soms veel moed. Maar zo zal langzaam dat kleine zaadje tot een grote boom moeten kunnen uitgroeien.

En dan steeds blijven zeggen, met een Obama “Yes, we can change “... Het is mogelijk, als je het maar wil zien en wil geloven, dat het nu al gebeurt. Niet zozeer in allerlei grote structuren, maar gewoon, onder mensen van allerlei gezindten, geloofsovertuigingen en levensbeschouwingen. Je raakt dan steeds meer overtuigd dat het niet alleen gaat om heel grote projecten die we zouden moeten opzetten, maar om het gewoon dagelijks omgaan met elkaar, zoals wij denken dat God met ons omgaat. Liefde, dat is God gestalte geven en zo zijn Rijk zichtbaar maken. Een liefdevolle en rechtvaardige samenleving opbouwen. Dat is missionair bezig zijn en onze opdracht waar maken.



En bidden we voor onze overledenen


22-01-2012 - Dhr. J. v.d. Boomen te Eindhoven, broer van br. J. v.d. Boomen †.

13-02-2012 - Pater A. Mettrop M. Afr. te Geldrop.

13-05-2012 - Mw. M. van Kessel - van der Sanden te Heeswijk-Dinther, schoonzus van p. H. van Kessel.

21-05-2012 - Pater C. van den Brand M. Afr. te Eindhoven.

22-05-2012 - Dhr. L. Smits te Den Haag, broer van p. J. Smits †.

01-06-2012 - Pater L. van Laarhoven M. Afr. te Geldrop.

05-06-2012 - Mw. J. Jongeneel - Heuft te Huizen, zus van br. J. Heuft.

07-07-2012 - Mevr. R. Veen - Wouters te Schijndel, zus van p. Chr. † en p. W. Wouters.

18-07-2012 - Dhr. H. Hoppenbrouwers te Eindhoven, broer van p. J. Hoppenbrouwers.

29-07-2012 - Mw. A. Haerkens - van der Pol te ’s-Hertogenbosch, zus van br. A. v. d. Pol.

30-07-2012 - Mw. L. Delen te Nijmegen, zus van p. W. Delen.

30-07-2012 - Mevr. A. de Bekker - Ebbers te Dronten, schoonzus
van p. Jan †, p. Piet en p. Jozef de Bekker.

07-08-2012 - Dhr. Stultiens te Eindhoven, broer van p. L Stultiens.

10-08-2012 - Dhr. C. v.d. Ven te Sneek. broer van p. H. van de Ven.

22-08-2012 - Mevr. A v Campen – Oomen te Den Haag, moeder van p. F. v Campen.


Portfolio