CONTACTBRIEF
Missionarissen van Afrika
No. 166 – december 2007
WOORD VAN DE
PROVINCIAAL
BETROKKENHEID
Woensdag 17 oktober was het WERELDARMOEDEDAG.
Iedereen werd uitgenodigd die dag OP TE STAAN tegen armoede, mee te doen met
een ware OPSTAND tegen wereldwijde ARMOEDE.
Iets daarvoor hadden we nog
WERELDVOEDSELDAG gehad. En zo zijn er tal van speciale dagen, weken , maanden
en zelfs jaren her
en der uitgeroepen om bijzondere aandacht te schenken aan een of ander probleem
of vraagstuk. Binnen de kerk kennen wij
ze ook: we hebben
het dan over de VREDESWEEK of over MISSIEZONDAG .
Onlangs zat ik in de trein op
weg naar Heythuysen, en las toen per toeval in een van de gratis verspreide
dagbladen dat het die dag nationale ACTIVISTENDAG is om aandacht te schenken
aan de vele activisten die zich overal inzetten voor het MILIEU. Ja, er zijn veel speciale
werelddagen of nationale dagen her en der uitgeroepen, zodat ik er moeite mee
heb om er steeds maar weer aandacht aan te geven. En daarbij komt dan vaak nog
al de literatuur en reclame die we erover in de brievenbus vinden, te veel om
allemaal door te lezen. We worden er een
beetje nerveus van en moedeloos.
En als er dan ook nog rond die thema’s speciale liturgische vieringen worden
aangereikt, dan hebben we het wel helemaal gezien. Er gaat bijna geen dag of
week voorbij of er wordt alweer een nieuwe speciale actiedag of week via
kranten of TV aangekondigd . Te veel om op te noemen en dus
hebben we vaak de neiging er totaal niet op in te gaan. En toch…….
Als ik me dan
de moeite geef om al die informatie wat door te nemen, dan merk ik al heel gauw
dat het steeds gaat over werkelijke en ware problemen binnen onze maatschappij
die duidelijk om een menselijke oplossing vragen en een inzet van iedereen. Ik vind
die vraagstukken ook op mijn lijstje van dingen waar ik als mens, als christen
en ook als missionaris bij betrokken behoor te zijn, of in ieder geval me
niet zomaar aan kan onttrekken. Ze hebben te maken met mijn inzet voor wat wij
in kerkelijk taalgebruik de WAARDEN van het KONINKRIJK noemen, EVANGELISCHE
waarden. Het gaat dan om zaken die vallen onder mijn veronderstelde inzet voor
GERECHTIGHEID – VREDE en HEELHEID van de SCHEPPING. Het heeft heel vaak ook te
maken met een andere prioriteit die wij ons als missionaire Sociëteit hebben
gesteld, namelijk ons in te zetten vanuit het Evangelie voor het bijeenbrengen
van mensen, van verschillende “naties, rassen en talen“ om gemeenschap te
bevorderen en me zo in te zetten als missionaris voor interculturele en
interreligieuze DIALOOG, met de Moslim, met de mens die leeft volgens de
traditionele Afrikaanse godsdiensten, met mensen aan de zelfkant van onze
samenleving Kan ik daar wel met een gerust geweten aan voorbijgaan?
Het komt zeker allemaal wel
steeds zeer overdonderend over, het is te veel en gebeurt te vaak, maar het
geeft niettemin een juist beeld van wat er zo al mis gaat in onze huidige
maatschappij, op plaatselijk en ook op wereld niveau. Zo zit nu eenmaal de
wereld van vandaag in elkaar en zo daagt ze ons steeds weer uit, elke dag
opnieuw.
Het gaat natuurlijk niet over
dingen of over gebeurtenissen, maar over mensen zoals ik, die hun nood uitschreeuwen,
die om begrip en waardering vragen, die in onmenselijke omstandigheden leven,
die om erkenning smeken van de meest fundamentele menselijke waarden. Ik kan en
mag daar niet omheen lopen, zoals de leviet en de priester uit het
evangelieverhaal van de barmhartige Samaritaan. Nee, ik word steeds opnieuw
uitgedaagd stil te staan, op te staan en naaste te willen worden van hen allen.
Het is normaal dat ons vaak een
gevoel van onmacht overvalt.
Wat kan IK er aan doen? De problemen zijn zo ingewikkeld en zo talrijk dat ze
ons afschrikken. Maar dat neemt niet weg dat we er zomaar aan voorbij kunnen gaan.
En dan zien we ook weer al die vele honderden en duizenden mensen, mannen
en vrouwen, jongeren en ouderen, die zich met enthousiasme, dag in en dag uit,
inzetten voor deze geweldige vraagstukken van onze moderne wereld, voor mensen
in de knel. En iedereen zien we dan zich inzetten op zijn eigen
manier. Zij lopen ze
niet uit de weg of lopen er niet omheen. Het zijn mensen van allerlei
geloofsovertuigingen en gedachten- werelden. Waarom zij wel en ik niet? Had ik er geen
levenskeuze voor mij zelf van gemaakt? Soms voel ik me een beetje beschaamd.
We zijn op weg naar het jaarlijkse Kerstfeest.
De heilige adventstijd biedt zich aan als een tijd van voorbereiding,
een tijd van verwachting en hoop. Wat verwachten wij eigenlijk
? Gaat het alleen om de komst van het kind in Betlehem, of om iets veel
groters waarvan het kind van Betlehem een hoopvol voorteken is. Gaat het niet
om het Koninkrijk Gods, een Rijk van vrede en gerechtigheid, van liefde en
medemenselijkheid.
God zet zich zelf ook in, als mens, voor het tot stand komen
van dat Rijk Het
is al onder ons maar het moet groeien en tot volwassenheid komen. Ieder van ons
kan daar een bijdrage aan leveren, ieder volgens eigen mogelijkheden en gaven.
Geloven we dat werkelijk, dat ook ik mijn bijdrage kan en moet geven. In ieder
geval kunnen we er niet aan voorbij gaan, ook al word het vaak te veel en te
zwaar.
Dus ga ik maar weer aan de slag, met frisse moed. Echt
iets voor die tijd van ADVENT.
“Uw Rijk, van vrede en gerechtigheid, kome”, niet alleen
als gave die we verwachten en willen ontvangen, maar ook als resultaat van
ieders inzet, elke dag opnieuw.
Ik wens een ieder een zeer gezegend kerstfeest toe.
Dat wij zijn aanwezigheid echt mogen ervaren op onze levensweg
en in onze harde strijd voor Gods Koninkrijk. Mogen wij ook elkaar zijn aanwezigheid doen ervaren.
Ook wens ik U alle goeds, met Hem en met elkaar, in het nieuwe jaar 2008.
Jan Mol
CONFRATERS OP VERLOF:
Piet Verkley kwam op 2 november voor
medisch onderzoek. Hij logeert bij zijn zus, P. Potterstraat 16, 2182 VG
Hillegom.
Tel: 0252- 518 254.
Tel: 073- 521 2001.
Nieuwe secretaris heet
Vanaf 1 januari 2008 zal Pater
NIEUWS OVER CONFRATERS
Onze
confrater JACOB de WIT, de nestor
van onze Nederlandse provincie met zijn bijna 92 jaren, heeft, na veel wikken
en wegen, dan eindelijk
besloten met rust te gaan. Sinds 2000 was hij woonachtig bij de
broeders van Johannes de Deo in Nuenen, waar hij verantwoordelijk was voor de
priesterlijke bediening van de gemeenschap. Hij heeft inmiddels
indicatie aangevraagd en ons verzocht naar Heythuyzen te mogen gaan. Officieel
neemt hij afscheid op 6 januari 2008 . Hopelijk komt er dan een kamer vrij voor
hem in St. Charles. Wij bewonderen Jacob voor zijn wijs besluit en wensen hem
nog een mooie tijd toe in Heythuysen. Jacob viert op 21 november in Nuenen zijn
92ste verjaardag. Ad multos annos!
Aan
onze confrater WILLY SCHAAR, pastoor
deken van Valkenswaard, werd zeer onlangs door de medici meegedeeld dat hij
kanker had aan de lymfklier. Dat was geen goed nieuws. Maar Willy bleef niet
bij de pakken neerzitten en onmiddellijk werd er medisch ingegrepen: chemokuren.
Hij heeft er al een paar ondergaan. De resultaten zijn tot nu toe zeer
bevredigend. De gezwellen zijn verdwenen en het bloed is weer 100 % in orde.
Men gaat nog wel even door met de behandeling. Willy verdraagt de kuren zeer
goed, alhoewel hij de eerste dagen vreselijk moe is.
Hij heeft goede moed en die wensen wij hem ook van harte toe. Wij hopen met hem
op een spoedig en volledig herstel.
We kregen telefonisch bericht
uit Zambia, van PIET VERKLEY in
eigen persoon, dat hij met spoed naar Nederland komt vanwege de slechte
toestand van zijn ogen. Met één oog ziet hij niets meer en het andere heeft ook
problemen. Dus was de normale conclusie zo spoedig mogelijk naar Nederland voor
behandeling. We weten nog niet de datum van aankomst, want hij had zijn vliegreis nog niet
kunnen regelen. Hij is natuurlijk van harte welkom en we wensen hem alle goeds
toe en spoedig beterschap
IN MEMORIAM
Op 7 september 2007 is
overleden
Frans Roeloffzen, Franciscus,
Wilhelmus, Missionaris van Afrika
Frans werd geboren op 15
december 1917 te Enschede, waar zijn vader een autozaak had. Zijn moeder was de
eerste Nederlandse die haar zoon in Afrika ging bezoeken in 1953. Hij volgde 5
jaar de opleiding op het klein seminarie van het
aartsbisdom Utrecht te Culemborg. Vandaar zijn goede contacten met de clerus
van het aartsbisdom en zijn pastoraal werk aldaar.
Maar omdat hij
missionaris wilde worden volgde hij verder onze opleiding in Sterksel, St.
Charles in Boxtel, en ‘s Heerenberg, waar hij zich op 28 mei 1942 door
een eed van trouw verbond aan onze sociëteit, en op 19 juni 1943 priester werd
gewijd. Tijdens de oorlog kon hij niet naar Afrika, en werkte
hij in de parochies Borculo, Ruurlo, en Driel. In oktober 1946 vertrok hij met een jeep op de boot naar
Tanzania, en ging werken in het bisdom Kigoma. Van die aankomst is er
een fantastische foto: Frans in vol ornaat achter het stuur, omgeven door 7
Witte Zusters, ook in vol ornaat, en enige jongeren !
Hij werkte als leraar Godsdienst
en Engels, als pastor, bruggenbouwer, ziekenverzorger, auto monteur; in
plaatsen als Ujiji (waar Stanley Livingstone ontmoette), Marumba, Kasumo,
Makere, Nyaronga, Kibondo, Kiganza. Hij zei er zich thuis te voelen, en nooit
heimwee naar Nederland gehad te hebben. Hij was muzikaal aangelegd, had een
goed verstand, een gezond oordeel, en een goed hart. In de beginjaren 50 vroeg
de bisschop, Mgr. van Sambeek, hem om kerkgezangen uit andere landen en talen
te vertalen in de taal van het bisdom, dat samenviel met de etnische groep, de
Ha. Daarvoor behield men de bestaande melodieën.
Na 27 jaar moest hij in maart
1972 vanwege zijn gezondheid terugkeren naar Nederland. Bij zijn gouden jubileum
zei hij over die periode: “In Afrika is men echt op elkaar aangewezen. Als je
daar je ogen en oren open houdt, kun je veel leren”. En ook: “De andere kijk op
de wereld die ik daar kreeg, komt me nog steeds van pas. Je krijgt meer begrip
voor de gewone man”. Met deze visie werd hij missionaris in Nederland als
pastor in Enschede, en later in Lierderholthuis. Het was de tijd na het Vaticaans Concilie toen de veranderingen in de samenleving
en in de kerkgemeenschap duidelijke vormen begonnen aan te nemen. Bij zijn
emeritaatviering in december 1987 typeerde men Frans zijn functioneren als
mis-sionaris: Een oudere broer in onze rumoerige, soms lijdende dan weer
feestvierende uitgebreide familie van de kerk. Een missionaire kerk. Met ramen
en deuren open, maar soms ook weer dicht.
Vanuit zijn karakter en vanuit
zijn ervaring in Afrika had Frans geleerd dat lichtplekken te vinden zijn in
mensen om hem heen. Zoals een Bantu spreekwoord daar zegt: “Wie vrienden heeft,
wordt nooit door duisternis overvallen.” Hij was de mensen nabij, hield niet
van lange vergaderingen, wel van pastorale gezinsbezoeken, liet in goed
vertrouwen veel over aan werkgroepen, en kreeg de kerkgemeenschap aan het
zingen.
Op verzoek van het kerkbestuur
bood mevrouw Dora Kloppenberg hem een gastvrij thuis en haar goede zorgen, voor
bijna 25 jaar. Dat groeide uit tot een heel bijzondere relatie tussen beiden,
waarvoor wij haar zeer dankbaar zijn. Zij bleef hem “de pastoor” noemen, zoals
allen in het dorp, ook na zijn emeritaat. Hij legde toen de verantwoording voor
de parochie neer, maar bleef zijn diensten aanbieden. Het feit dat hij in
Lierderholthuis bleef wonen werd zeer gewaardeerd. Dat hij er tussen zijn
parochianen wilde begraven
worden is wel
een teken hoe hij zich één voelde met zijn mensen. Hij ruste in vrede !
BERICHT VAN JAN
HEUFT OP 2 NOVEMBER 2007
Tussen
Notre Dame d’Afrique en Notre Dame de la Garde
* rani
mouhawel* - * ik voel me onrustig*
Op deze 15de augustus
2007 bevind ik me aan het “Decca” strand, ongeveer 20 kilometer ten oosten van
Algiers. Ik heb, in feite, voor de eerste keer in de 38 jaar dat ik in Algerije
woon, een vrije dag genomen, ter ere van de Tenhemelopneming van de H.Maagd
Maria.
Samen met mijn naaste vrienden:
drie doven, twee clandestiene mensen van Beneden de Sahara en een jonge
Algerijn die op drie-jarige leeftijd door zijn moeder is verlaten, spelen we
scrabble, of strandbal.
Af en toen nemen we met groot
enthousiasme een duik in de zee.
En toch voel ik me niet op mijn
gemak. In het Arabisch dialect zou ik zeggen: “rani
mahouwel” - ik voel me onrustig. Net als
de zee, voel ik golfbewegingen in mezelf die komen en gaan.
Deze zee die twee continenten
deelt! Op elke kust is een basiliek opgericht, toegewijd aan de H.Maagd die
vanaf haar hoge heuvel naar ons ziet, zowel in Marseille als in Algiers.
Een evangelietekst komt me in
gedachten waarin de apostel Petrus net niet ondergaat als hij probeert over het
water naar Jezus toe te lopen.
Had Jezus ook maar die elf Algerijnse “harragas” (emigranten) kunnen redden die zijn
omgekomen in de Middellandse Zee enkele honderden kilometers hier vandaan.
Het beeld van hun
verdrinkingsdood blijft in mijn hoofd spelen; ik kan ze bijna voor mij zien. In
de dagelijkse krant lees ik dat het slechts één op de tien mensen die de zee
opgaan lukt, om veilig op de andere kust landen.
Zittend, met mijn rug naar het
zuiden gekeerd, weet ik dat in die immense Sahara woestijn andere harragas,
dit maal van ten zuiden van de Sahara, verdrinken in het zand. Hoeveel van hen
zullen enkel Tin Zouatine, een dorpje dicht bij de grens met Mali en Algerije,
bereiken?
Mijn vrienden voelen dat ik
nerveus ben; hoe kan ik rustig blijven voor zulke drama’s die zich afspelen om
het droomparadijs te bereiken?
Rondom ons krioelt het van de geslaagde
Algerijnse migranten, die hun zomervakantie komen doorbrengen in het “bled” (moederland),
hun families overladen met cadeaus en soms zelfs met euro’s. Hun gekleurde
parasols, met overzeese reclames, hun mooie tafels en stoelen, hun badpakken en
bikini’s van goede snit, en zelfs hun verzorgde taalgebruik, irriteren me.
Zíj zijn geslaagd, hebben het
gemaakt! Veel jonge en minder jonge strandgasten
kijken naar
hen en dromen van visa, vrijheid, of op zijn minst van een andere wereld dan de
hunne. Hoe te reageren op zo’n wrede realiteit?
Op een gegeven ogenblik zie ik
dit strand bijna als een eiland. In de verte, aan de horizon, een ander
universum, met vóór ons de niet te overwinnen hindernis: de zee. En achter ons
die immense Sahara waarin zoveel mensen van beneden de Sahara zwoegen, op weg
naar een beter ‘elders’.
* Van de kust van Noord Afrika
naar Europa trachten ” harragas” (immigranten) de Europese kust te
bereiken op de hoop een betere wereld!
Wat
moet de “goede moeder” ginder denken? Wat moet “mevrouw van Afrika”,
hier boven ons, ervan denken? Wat moeten wij van onszelf
denken, wij die hoe langer hoe vaker onze grenzen sluiten? Van waar zijn onze
eigen ouders gekomen?
Degenen die nu de meest
ingenieuze wetten bedenken, danken zij hun mooie “plaats in de zon” niet aan de
inspanningen en het ongelooflijk lijden soms, van hun
ouders die dikwijls zelf van verre zijn gekomen?
De binnenmuren
van de basiliek van “Onze Lieve Vrouw van Afrika” zijn bedekt met platen waarop
de namen staan gegraveerd van ontelbare missionarissen die vroeger van daaruit,
via dezelfde woestijn, vertrokken naar zwart Afrika om er het Goede Nieuws te
brengen. Vandaag trekken dezelfde zwarte Afrikanen, op hun beurt,
en in tegenovergestelde richting, door deze woestijn, en kloppen bij ons aan!
Durven wij te zeggen, zoals in het evangelie tot Jozef en Maria wordt gezegd,
dat er voor hen “geen plaats is in de herberg”?
Voor mij en
rondom mij spelen, lachen en amuseren zich weldoor-voede kinderen.
Hoe is het met de kinderen die leven
in de geraamtes van in aanbouw zijnde huizen, in kartonnen dozen? Zij wonen
niet zover van dit strand. Gaan ze naar school? Genieten zij tenminste
eenmaal per dag van een goede maaltijd? Heel zeker niet!
Dus neem ik me stellig voor
alles te doen om deze kleine, zwarte, mooie en intelligente kinderen dit
schooljaar 2007/2008 naar school te kunnen laten gaan.
Ik weet dat er ongeveer 35
kinderen zijn in de voorsteden van Algiers, en dat het een enorme financiële
inspanning zal vragen van de organisatie die ik bestuur!
Maar het zal de
kleine uitgestotenen der aarde de mogelijkheid bieden om uit hun “kartonnen
huizen” te komen, van een warme maaltijd te genieten, in contact te komen met
andere kinderen, maar vooral om toegang te krijgen tot lezen en schrijven!
Gisteravond heb ik gebeden met
een groep Liberianen in Bordj El Kiffan. Zij bewonen al jaren in aanbouw zijnde
huizen, wonen in kartonnen dozen of in kleine onbewoonbaar verklaarde
hotelletjes.
Als zij van daar uit op pad
gaan, op zoek naar hulp of naar werk, dan zijn ze waardig en, ondanks alles,
goed gekleed; maar dikwijls wor-den ze toch nog
aangevallen, of
hard aangepakt door veiligheidsagenten, beledigd door deugnieten of
eenvoudigweg bestolen door bandieten.
Vijftig kilometer hier vandaan,
ten westen van Algiers, heb ik verleden Kerstmis gebeden met een andere groep.
Deze keer waren het Congolezen. Zij waren met meer dan 160 mensen, die in een
in aanbouw zijnd huis wonen, zonder muren, zonder water of elektriciteit,
zonder toiletten. Desondanks hadden we een mooie viering en de “kartonnen
muren” schenen mij plotseling veel mooier toe dan de muren van een kathedraal.
Talloze moeders met hun kinderen
waren er aanwezig. Welke toekomst hebben deze laatste? Ik heb bij mezelf gezegd
dat er prioriteiten gesteld moeten worden!
Met mijn medewerkers hebben we
besloten om aan deze moeders in nood en aan hun kinderen een absolute
prioriteit toe te kennen. En zo hebben we ons in dit nieuwe onderwijs avontuur
gestort. Waar het ons zal brengen?
God zal het ons laten weten.
ONZE OVERLEDENEN:
12 Sept. De Heer Jacobus van der Linden, broer van
pater Piet van der Linden.
22 Okt. De Heer Amand Verberk,
oud-confrater.
26 Okt. De Heer Louis Rieter, broer van pater
31 Okt. De Zeer Eerwaarde Heer Mies Kuppens,
priesterbroer van pater Zef Kuppens.
7 Nov. Mevrouw Gerarda Kors-de Jong, zus
van overleden pater Toon de Jong.
12 nov. De Heer Jacques Franssen, broer van
pater Harrie Franssen.
30 nov. Mevr.
Marie van der Lee, moeder van pater Toon van Kessel.
Mogen zij
rusten in vrede.
26 november: Een belangrijke datum.
Charles-Martial Lavigerie werd
in 1825 geboren. De laatste jaren van zijn leven leed hij aan zware reumatische
aanvallen en hij kon zich maar met veel moeite verplaatsen. Ook de gewrichten
van handen en vingers waren aangetast en hij had veel moeite met schrijven. De
26ste november 1892 kon hij ’s morgens niet meer opstaan getroffen
door een beroerte en in de avond van dezelfde dag is hij overleden. Hij was
slechts 67 jaar oud. Vergeleken met de gemiddelde leeftijd van de Nederlandse
Provincie nu zou hij bij
de jongeren horen!
Heel veel informatie is
natuurlijk te vinden op de website van de Witte Paters te Rome. Gaat u naar www.africamission-mafr.org en
kies in het engels of frans voor Archives. Daar is een
overvloed van artikelen en fotoseries, ook over het overlijden van Kardinaal
Lavigerie en het overbrengen naar Tunis en begraven in de basiliek van
Carthago.
VERKLARING INZAKE DE VRIJHEID VAN RELIGIE
EN LEVENSBESCHOUWING.
Vorige maand kwam de Haagse Raad
van levensbeschouwingen en religies bijeen en stelde de volgende verklaring op:
1. Elke inwoner van Den Haag
heeft het recht op vrijheid van denken, geweten en religie. Dit recht omvat
tevens de vrijheid om naar eigen keuze een religie of een levensbeschouwing te
hebben, ongeacht welke, evenals de vrijheid om, alleen of met anderen, zowel in
het openbaar als in zijn particuliere leven, zijn religie of levensbeschouwing
tot uiting te brengen in erediensten en bijeenkomsten, het onderhouden van de
geboden en voorschriften, door praktische toepassing en het onderwijzen
ervan.
2. Op niemand mag dwang worden
uitgeoefend die een belem-mering zou kunnen betekenen van de vrijheid om naar
eigen keuze een religie of levensbeschouwing te hebben of om geen religie of
levensbeschouwing aan te hangen.
3. De vrijheid om een religie of
levensbeschouwing naar eigen keuze aan te nemen omvat mede de vrijheid om van
religie of levensbeschouwing te veranderen. Als levensbeschouwelijke en
religieuze gemeenschappen accepteren wij deze realiteit. Bovendien roepen wij
iedereen op om respectvol met dit gegeven om te gaan.
4. De vrijheid
om religie of levensbeschouwing tot uitdrukking te brengen mag slechts in die
mate worden beperkt als wordt voorgeschreven door de wet en als noodzakelijk is
ter bescherming van de openbare veiligheid, de openbare orde, de
volksgezondheid, de goede zeden of de fundamentele rechten en vrijheden van
anderen.
5. Niemand mag worden
gediscrimineerd door de staat, door een instelling, groep of persoon op grond
van zijn religie of levensbeschouwing.
6. Discriminatie van mensen om
redenen van religie of levensbeschouwing betekent een aantasting van de
menselijke waardigheid. Discriminatie is ook een ontkenning en een schending
van de rechten van de mens en van de fundamentele vrijheden, zoals deze zijn
verwoord in de ‘Universele Verklaring van de Rechten van de Mens’. Bovendien
belemmert zij de vriendschappelijke en vreedzame betrekkingen tussen burgers,
groepen en gemeenschappen.
7. Ouders,
verzorgers of voogden hebben het recht om, binnen de grenzen van de wet, het
gezinsleven te organiseren in overeenstemming met hun religie of
levensbeschouwing en met inachtneming van de zedelijke normen volgens welke de
kinderen naar hun oordeel dienen te worden opgevoed tot goede burgers. De
practische toepassing van een religie of van een levensbeschouwing waarmee
kinderen worden opgevoed, mag niet schadelijk zijn voor hun
lichamelijke of geestelijke gezondheid of voor hun sociaal-emotionele
ontwikkeling.
8. Ieder kind heeft het recht om
op het gebied van religie of levensbeschouwing een brede educatie te ontvangen,
waardoor het kind kennis kan nemen van de eigen traditie en die van de andere
religies en levensbeschouwingen in de stad.
9. Het is van groot belang dat
de inwoners van Den Haag bruggen bouwen tussen de religies en
levensbeschouwingen, omdat bouwen aan de stad een verantwoordelijkheid is van
alle inwoners tezamen. Door alle kinderen breed
religieus en levensbeschouwelijk onderwijs aan te bieden, wordt al vroeg een
basis gelegd voor goed burgerschap. Dat is tevens een voorwaarde om Den Haag
daadwerkelijk het karakter van nationale en internationale stad van recht en
vrede te kunnen verlenen.
De Haagse Raad van Levensbeschouwingen en Religies
In de raad zitten:
S.H.I.P. Stichting Haags Islamitisch Platform
H.G.K. Haagse Gemeenschap van Kerken
Joodse Liberale Gemeente
(Soetendorp)
Bahai Gemeenschap
Arya Samadj, Hindoe gemeenschap
Humanistisch Verbond en anderen.
CONFRATERS
SCHRIJVEN
Riny van Broekhoven uit Kenya.
Gewijd in 1965 ben ik tot 1977
in Mbarara (Oeganda) werkzaam geweest. Ik werd door Idi Amin uit het land gezet
en ben toen neergestreken in Tanzania tot 1997. Daarna heb ik in Nairobi en
Nederland gewerkt en sinds 30 november 2006 ben ik terug in Nairobi. Het bevalt
me uitstekend.
Ondertussen ben ik terug geweest
op bezoek in Mbarara. De reis op zich is al een belevenis; het beste deel van
de reis is nog per vliegtuig. Daarna een klein busje pakken om als een sardien
een plaatsje te krijgen. Ik heb op een zeker moment 25 passagiers geteld in een
busje voor 14 personen. Aan de grens liep alles voorspoedig. Ik kreeg een lift
aangeboden naar Jinja. Daar heb ik onze jonge filosofen gezien uit Malawi,
Zambia, Oeganda, Tanzania en Kenya, allen tezamen 28
candidaten. Na 9 jaar training geeft dat hopelijk nieuwe paters en broeders. Ik
was blij die jonge kerels te zien. Wat een tegenstelling met onze mensen in
Heythuysen die zich na 40-50-60- jaar in Afrika…..nog
maar moeilijk kunnen verplaatsen. Deze jongeren lopen snel, zingen uit volle
borst, roffelen op de trommel en zitten in een kring rond het altaar.
In Jinja heb je een prachtig
uitzicht op het Victoriameer. Ik zag onze candidaten langs het meer samen met
Jezus die hen opdraagt van wal te steken, hun netten uit te werpen en mensenvissers
te worden.
In Kampala in ons Lourdel-huis,
genoemd naar onze eerste franse Witte Pater in Oeganda
rond 1880, heb ik twee nachten gelogeerd. Mijn grote vriend, Broeder Majella
van de Brothers of Christian Instruction, heb ik opgezocht. Ik vond hem in een
klaslokaal waar hij biologieles gaf aan jonge aspiranten. Ik vroeg hem hoe oud
hij was . Hij is nu 85 maar levensvreugde en vitaliteit dropen van zijn
gezicht. Ik vroeg hem ook waar Zr Cecilia Nibyobyonka was. “Hier is ze“,
zei hij.
We zijn er direct naar toe gestapt.
Ik wilde vooral de oudere
zusters zien. Wat een hartelijke ontvangst telkens, van jong en oud. Hun
congregatie telt nu 800 leden verspreid over het hele land, maar ook
daarbuiten. Zusters van dezelfde congregatie wonen ook op de Ngong road in
Nairobi waar ze studeren op de universiteit of andere colleges. Dat is echt
vooruitgang. Ik zie ook hoe de jonge zusters zich inzetten voor de noden van
hun medemensen.
De volgende dag komen we juist
voor het middagmaal in Mbarara aan in het huisje waar ooit mijn vroegere
bisschop woonde. Ik kreeg meteen mijn kamertje aangewezen. In de eet-zit kamer zie ik een oudere dame binnen komen.
“Specioza”, riep ik. Ze kon haar ogen niet geloven; eerst herkende ze me niet
maar langzaam daagde het toch. Ook ben ik mijn eerste taalleraar tegengekomen,
John Barugahare die Pastoor is (was) in de oude wijk van de stad. Even ben ik
nog bij de arme Clarisssen, een franse stichting uit
Nancy, op bezoek geweest.
Daarna ging het verder naar
Ibanda waar ik 6-7 jaar heb gewerkt en vanwaar ik ook uit het land ben gezet.
Op de parochie ontmoet ik een van de diocesane priesters die me herkent. Hij
was op weg naar een feestje en ik mocht mee met hem. Ter plaatse aangekomen was
de hele familie en buurt bijeen. Veel van deze mensen kende ik nog., en zij kenden ook mij.
Pas om 11 uur ’s nachts waren we
terug op de parochie na onderweg in de modder vastgezeten te hebben. Op mijn
kamer vond ik dezelfde foto’ s en schilderijtjes van 30 jaar geleden terug. In
het ziekenhuis gaf een van de zusters mij een rondleiding, heel hartelijk en
vakbekwaam. In de namiddag werd ik door een diocesane priester nog naar een
gebouw gebracht waar zusters die hulpbehoevend zijn geworden worden verpleegd.
Tenslotte naar
de emeritus bisschop, John Baptist Kakubi met wie ik 8 jaar heb samengewerkt.
Hij zag me en ik moest meteen bij hem komen logeren.
Op zondag werd ik gevraagd om voor te gaan in de eucharistie viering van 7 uur
maar dat durfde ik toch niet aan na zo’n lange periode
van afwezigheid. Wel hebben we met de jeugd in de kerk gedanst. De viering
duurde 3 uur maar ik heb me niet verveeld.
Ik kan niet anders zeggen dan
dat Mbarara me versteld heef doen staan. Naast de
Afrikaanse priesters en zusters zijn er nog 4 missionarissen van Afrika in het bisdom.
Maarten
Bloemarts
Net als met andere goede wensen
heb ik pas in de loop van de week de internet
verbinding op gang weten te krijgen om er van te kunnen genieten. Heel veel
dank!
Alles is nog niet helemaal
voor elkaar. Maar sinds een maand ben ik met twee confraters voor het IFIC in
een nieuw huis getrokken waar alles opgebouwd moest worden. Kranen die niet of
te goed werkten, deuren die maar met een enkele schroef op hun plaats konden
blijven hangen maar niet voor open en dichtgaan te vinden waren.
Nu is er
eindelijk een beetje orde op zaken en kunnen we met het Institut de
Formation Islamo-Chrétienne op 15 oktober van start gaan met de 7 studenten,
afkomstig uit de buurlanden.
We vormen een plezierig team en
hopen dit project wortel te zien schieten in de komende jaren.
Het was weer even wennen om
terug te zijn in Mali, deze keer in de stad. Nogmaals dank voor jullie wensen en de
verbondenheid in gebed.
Dat is wederkerig. Groeten aan alle huisgenoten in
Dongen,
Kees Akkermans
Het is en mooie verjaardagsfeest
geworden, we vierden het samen met Father Adelarde Munishi onze
Overste van het huis.
Ofschoon ik nu 78 geworden ben
voel ik me nog gezond en wel, ik slik geen enkele medicijn zelfs voor malaria
niet. Het is een teken dat God me onder zijn hoede heeft.
Het was dan ook een speciale dag
van dank geworden, en we weten dat ons verdere leven in Zijn handen is.
Willem Kerkhof
Hier is alles best. We hebben
net de eerste regens gehad en de mensen zijn druk op
hun akkers bezig, want niemand had de regen zo vroeg verwacht, dus haast
niemand was er klaar voor.
Het ziekenhuis was ook zowat
half leeg, wat haast nooit voorkomt. Geen tijd om ziek te zijn!
We zijn nog steeds bezig met de
bouw van de school in Dickson, maar de tweede fase is zowat klaar. Er zijn nu 6
klaslokalen en 4 onderwijzers’ huizen.
Waarschijnlijk gaan we
binnenkort de mensen helpen met het verstrekken van kunstmest..maar
dat moeten we nog even bekijken.
WIJSHEID UIT HET KLOOSTERLEVEN
RELIGIEUS LEVEN
VINDT WEER WEG NAAR BOVEN
De
K.N.R. organiseerde een mega-ontmoetingsdag
op 3 oktober in “De Vereniging” te Nijmegen
Tjeu Timmermans CSSP is voorzitter van de "Konferentie Neder-landse
Religieuzen".
De K.N.R. moest meer dan 2000 mensen teleurstellen, die
zich had-den aangemeld voor deze manifestatie. Men kon slechts 1600 men-sen
ontvangen.
Een toegangskaart kostte echter wèl 49,50 Euro! Volgens de K.N.R. getuigt de
overweldigende belangstelling voor deze bijeenkomst van het toenemende verlangen naar zingeving en
spiritualiteit in de samenleving.
"We hadden wel het
vermoeden dat er van alles in beweging is en dat veel mensen op zoek zijn naar
zingeving, maar het was voor ons de vraag of het zou lukken die mensen ook te
bereiken. De grote belangstelling heeft ons blij verrast”.
Volgens Timmermans is het een
misvatting dat het kloosterleven zijn langste tijd zou hebben gehad. "In
de voorbije decennia is vooral de neergang van de kloostergemeenschappen in
beeld geweest. Veel gemeenschappen zijn zich gaan bezinnen op hun toekomst en
zijn volop bezig met verandering en vernieuwing. Dat heeft in sommige kloosters
geleid tot nieuwe intredingen, maar ook tot allerlei vormen waarin mensen zich
met kloostergemeenschappen kunnen asso-ciëren, bijvoorbeeld door deelname aan
activiteiten en vieringen. Een andere ontwikkeling is de opkomst van
lekenbewegingen.
"Voor mensen die op zoek
zijn, kan het religieuze leven een weg-wijzer zijn, die hen helpt hun eigen weg
met God in hun leven te vinden".
Tijdens de conferentie op 3
oktober 2007 in “De Vereeniging” te Nijmegen hebben we onszelf
laten verrassen door de wijsheid uit het kloosterleven. Het programma bestond
uit boeiende inleidingen, markante levensverhalen, meditatieve momenten en
artistieke bijdragen die iedere aanwezige raakten. Hiermee wilde de KNR
ons aanmoedigen onze eigen spiritualiteit in werk en leven vorm te geven. De
conferenties lieten een positief en eigentijds geluid horen. De teksten van
deze conferenties zijn te lezen op de internetsite van K.N.R.: www.bewogenheid.nl
In het programma stonden drie
contrast-begrippen centraal:
1.- Actie & Contemplatie - verlangen naar stilte
2.- Individu & Gemeenschap - verlangen naar verbondenheid
3.- Ontvangen & Geven - verlangen naar bezieling
RELI-MARKT
Tussen de bedrijven door, van 's morgens 09.00 uur tot laat in de namiddag was
er in een belendende zaal de z.g. "reli-markt",
waar 72 congregaties en missionerende gemeenschappen zich aanboden aan de meer
dan 1600 aanwezigen, met folders, boeken, tijdschrif-ten, filmpjes en
"powerpoint" presentaties, en "wat dies meer zij'.
De Witte Paters en Witte Zusters waren ook van de partij: zie de foto’ s op de
website www.lavigerie.org. Je kunt daar
ook een uitge-breid verslag vinden.
Al met al een zeer instructieve
en 'gezellige" bijeenkomst, waar we bij elkaar weer eens frisse
ideeën opdeden, en elkaar een hart onder de riem staken.
Carol Vismans.
HET KLOOSTER.
Dit was de titel van het “grootste openlucht
toneelspektakel in ’s
Heerenberg ooit” georganiseerd bij gelegenheid van het derde lustrum van het
“Mechteld ten Ham Weekeinde”.
Mechteld ten Ham werd vier eeuwen geleden in ‘s Heerenberg terechtgesteld.
Wegens vermeende hekserij belandde ze
op de brandstapel. Of ze nou echt heks of behekst was zal wel een eeuwige vraag blijven. Zeker
is wel, dat Mechteld ten Ham nog
steeds voortleeft in het grensstadje ‘s Heerenberg.
Daar werd van 7 tot en met 9 september zelfs een speciaal “Mechteld ten Ham Weekeinde” gehouden. Voor de vijftiende keer al. Er was in dat weekeinde van alles te doen in ‘s Heerenberg.
Hoogtepunt was ongetwijfeld de opvoering van het openluchtspel ‘Het Klooster’.
Dit megaspektakelstuk werd gespeeld op 7, 8 en 9 september vanaf 20.00 uur op
de binnenplaats van het Klooster, het vroegere “Bonifatiushuis”, later “Don
Rua” en ten slotte “Gouden Handen”.
Theo Soontiëns schreef dit spel, dat de geschiedenis van het voormalige
klooster verhaalt. Een spannende en interessante histo-rie, die begint -
uiteraard - bij de bouw van het klooster door de Jezuïeten. Deze orde kwam uit
Duitsland. Daar mochten de Jezu-ïeten geen kloosters meer stich-ten. Ze weken
daarom uit naar Nederland, waar ze bij ’s Heeren-berg een zeer geschikte plek
vonden. Bij de bevolking waren de verwachtingen hoog gespannen, maar de
Jezuïeten Mechteld ten Ham waren toen erg ‘op zichzelf’, en bouwden een grote
muur om het klooster. De Witte Paters,
Missionarissen van Afrika, die in 1937 het gebouw van de Jezuïeten
overnamen, waren daarentegen heel open, en erg
Mechteld ten Ham gezien bij de bevolking. Zo ontrolde zich de werkelijke
historie van dit immense gebouw, dat later wereldbekend zou worden als “Gouden
Handen”. ‘Het Klooster’ was een waar spektakelstuk, waaraan 50
toneelspelers en meer dan 100 figuranten deelnamen. Op de binnenplaats
van het klooster was er plaats voor meer dan 700 toeschouwers. Drie dagen lang
waren alle plaatsen volledig bezet! Carol Vismans.
WIJ WENSEN U ALLEN EEN MOOIE KERSTVIERING
EN
EEN GEZEGEND NIEUW JAAR.
Webmaster-NL |
![]() |