Missionair Project Den Haag 2006
De Missionarissen van Afrika, op initiatief van hun Generaal Kapittel van
1991, hebben ingespeeld op het besluit van de Kapitulanten, om in de West-Europese
landen een “Afrikaanse Antenne” op te
zetten.
Europa is - om
zo te zeggen - een “verlengstuk” van
Afrika geworden: veel migranten komen naar Europa toe, om de armoede te
ontvluchten, of een werkplek te vinden om familie en vaderland te ondersteunen met
ontwikkelingsprojecten, maar ook om de levensstandaard van de bevolking te
verbeteren.
De Witte Paters hebben zich in januari
1995 gevestigd in de Haagse Schilderswijk, om het Missionair Pastoraat onder de
Migranten, en in het bijzonder de Afrikanen, een gezicht, handen en voeten te
geven.
Pater Gerard Groenewegen
(ex-Zambia en Mali), samen met een Missionaris van het Goddelijk Woord, en
later enkele Zusters van de H.Geest, is in de loop van 1994 al begonnen met de
wijk te verkennen.
In januari 1995 kwam Pater Carol Vismans vanuit Burkina Faso zijn confrater
ondersteunen; en in oktober 1995 was de communiteit kompleet met de komst van
Pater Hans Pauwels, vanuit Tanzania.
Rond het jaar 2000
kwam Pater
Maar laten we Geert Groenwegen aan het woord, om de
geschiedenis van 12 jaar Missionair Pastoraat te beschrijven:
EEN TERUGBLIK
Inleiding: Het is onmogelijk om in een kort bestek het ontstaan, de ontwikkelingen en
de huidige stand van zaken van het Missionair Project te belichten. Ik volsta
met een beschrijving van de actuele gang van zaken.
Uitgangspunten:
De volgende prioriteiten kwamen naar voren toen we
enige tijd geluisterd en rondgekeken hadden:
-1- Vluchtelingen: Deze groep was zeker in 1995 nog in zeer grote nood.
Toen we het pand van de Katholieke
Arbeiders Bond aan de Stationsweg 62 (op 5 minuten lopen van het Station
Hollands Spoor) tot onze beschikking kregen, was het duidelijk dat activiteiten
voor de vluchtelingen / asielzoekers zich daar zouden ontwikkelen.
Niemand heeft een duidelijk idee hoeveel goed werk
er is verzet door slechts enkele vrijwilligers die dag en nacht klaarstonden om
schrijnende en minder schrijnende gevallen van mensen te ontvangen, te
beluisteren, te adviseren en te bemoedigen.
Tientallen advocaten, artsen, tandartsen, politici
en andere invloedrijke personen zijn via PRIME (Participating
Refugees in Multicultural Europe) benaderd en geïnteresseerd in mensen met grote
problemen.
Na ruim 11 jaar dag en nacht gefunctioneerd te
hebben, neemt deze activiteit nu wat af. Ook vanwege andere redenen denken
we langzaam te moeten afbouwen. Interne verdeeldheid, veranderende
problematiek, toenemende kosten en afnemende energie spelen hierbij een rol.
-2- Buitenlandse Geloofsgemeenschappen: In de tijd van de “Cura Migratorum”,
die de zorg voor katholieke buitenlandse geloofs- gemeenschappen
op zich had genomen, (o.a. de Antilliaanse Gemeenschap, voor wie wij de
pastorale zorg op ons namen) werden deze groepen binnen de kerk echter gemarginaliseerd,
dikwijls zelfs niet gastvrij ontvangen. Wij boden een luisterend oor,
soms vergaderruimte, of ook kerkruimte, maar vooral bemiddelden wij naar de plaatselijke kerk toe om hen een plek aan
te bieden waar deze mensen langzaam naar de Nederlandse samenleving konden
toegroeien. Op deze manier hebben we vele groepen kunnen helpen zich een beetje
thuis te voelen.
-3- Oecumene:
Omdat ons diaconaal gerichte werk uitging van de evangelische raden, ontmoetten
we vanzelf onze christelijke geloofsgenoten. Zij hadden - nog meer dan wij -
grote problemen naar protestantse groepen toe omdat deze
traditioneel zo sterk “Hollands”
gericht zijn.
Binnen de Haagse
Raad van Kerken hebben we veel bewustzijn kunnen scheppen en hen op weg
helpen om de nieuwkomers beter te begrijpen en te ontvangen. Ook in de Schilderswijk
zelf hebben we uitstekende relaties opgebouwd met de protestantse Lukaskerk.
-4- Wijkbewoners:
We wilden in de wijk waar we wonen het Evangelie uitdragen. Dit vereiste dat we
bekend werden en daarvoor namen we zitting in diverse wijkorganisaties die de belangen van alle bewoners onderling en
naar de stad toe uitdragen.
We zijn nu dan ook een bekend verschijnsel in de
wijk en wel onder de specifieke naam van “pater”!
In de loop van de jaren zijn we voor wijkbewoners en de verantwoordelijken van
de stad, een vertrouwd begrip geworden.
-5- Pastorale
dienstverlening: We werden in het begin door de plaatselijke katholieke
kerk min of meer gewantrouwd, en dit
vooral bij de clerus.”Wat kunnen die paters, wat wij niet kunnen?”, werd er soms schamper opgemerkt. Ook van de kant van de
oude kern van katholieken in de Wijk, het Kerkbestuur inbegrepen, bestond er
wantrouwen. We zijn dan ook vanaf de straat toegegroeid naar de plaatselijke
kerk: en hebben deze volkomen omgeturnd
in deze tien jaar.
Onze manier van omgaan met de mensen, onze frisse
kijk vanuit de realiteit en niet door de gebrandschilderde kerkramen, heeft langzaam maar
zeker de weerstand veranderd in bewondering en oprechte ondersteuning.
Vanaf het begin hebben we ons loyaal opgesteld naar
de bestaande kerkstructuur, onze sacramentele diensten aangeboden waar deze
door de pastoraal verantwoordelijken gevraagd werden, maar steevast geweigerd
om onderdeel te gaan uitmaken van de diocesane gezagsstructuur. En dat is onze
grote kracht geweest: trouw te kunnen blijven aan onze missionaire
uitgangspunten zonder inmenging door diocesane autoriteiten.
MISSIONAIRE
IMPULS NAAR DE
LOKALE KERK
Dit waren dus de ijkpunten rondom welke ieder van
ons, naargelang zijn of haar kwaliteiten en voorkeuren, invulling probeerden te
geven. Hadden sommigen nog lang het idee dat wij een groep elders
uitgerangeerde of teleurgestelde missionarissen waren, allen hebben dit
standpunt grondig moeten herzien, en moesten toegeven dat de lokale kerk deze
impuls nodig had om weer wat zelfvertrouwen terug te winnen.
We waren vanaf het begin een hechte groep Witte
Paters, Paters S.V.D. en Zusters S.S.P.S.
die regelmatig samenkwamen om de ontwikkelingen te analyseren. De diaconaal / pastorale
uitdagingen zijn legio en van alle kanten wordt er
beroep op ons gedaan.
Onze uitgangspunten waren bepalend, en de
beschikbare tijd die nog over bleef kon ieder naar eigen inzicht invullen. We
vermijden steeds om “gatenvullers” te worden. En waar we ook actief zijn,
op welk gebied dan ook, overal “verkopen” we ons project en onze visie. Trouw
aan de uitgangspunten alleen kan onze visie beschermen tegen verwatering en
misbruik door derden van onze personele beschikbaarheid.
SAMENWERKING
Deze samenwerking tussen drie missionaire
organisaties is ook zeer vruchtbaar gebleken omdat de wederzijdse charisma’s
elkaar verrijken en bevruchten.
Ondanks het feit dat we uit verschillende werelden en spirituele tradities
komen, verstaan we elkaar in onze missionaire bevlogenheid.
Sommige van onze activiteiten zijn duidelijk
geprofileerd in de publieke sfeer, andere zijn van minder openlijke
zichtbaarheid, maar alle activiteiten passen binnen de bovenvermelde
prioriteiten. We zijn nog steeds dwarsliggers en dat willen we ook blijven in
de wetenschap dat de rails zonder dwarsliggers niet dragen.
CONTACTEN
OP HOOG NIVO
In de loop van de jaren zijn de activiteiten
natuurlijk aangepast en verder ontwikkeld naargelang de
maatschappelijk/kerkelijke situatie evolueerde. We hebben hier en daar onze activiteiten
wat teruggedraaid en andere verder ontwikkeld of opgepikt.
Ook het
De staf was onder de indruk, en heeft de bedoeling
om deze ingeslagen weg van uitwisseling voort te zetten. De Bisschop zelf is
zeer goed op de hoogte van wat er hier gebeurt. Het Bisdom heeft ons echter nooit,
en op enigerlei wijze financieel geholpen. Dat is uiteindelijk ook beter voor
onze onafhankelijke benadering. Het verplicht ons wel om zelf naar financiën te
zoeken; en door het getuigen van onze armoede andere christenen in staat te
stellen ons ook financieel te hulp te komen. De bekendheid van ons project
helpt daarbij, maar we moeten de hulp wel durven solliciteren.
De
ontwikkelingen over deze laatste tien jaar zijn
overweldigend.
Tien jaar geleden kwamen er ongeveer dertig mensen
naar de kerk op zondag en dat waren uitsluitend blanke mensen. Op Willibrordzondag jongstleden 7
november 2006 waren er 365 mensen.
We hebben nu een “gekleurd” kerkbestuur en een koor
waarvan de leden uit acht landen komen.Een lid van ons missionair team is bij toerbeurt een jaar lang lid van het kerkbestuur.
De Internationale vieringen zijn al sinds 2001 een groot
succes terwijl ze elders opgeheven werden.
We zijn echt een “gemeenschap van gemeenschappen” aan het worden. We zijn het in
feite al; maar het is een groeiproces waarvan de uitkomst nog niet vaststaat.
STATIONSWEG
62: EEN BEGRIP!
In de plaatselijke en nationale pers is ons werkhuis
op de Stationsweg een begrip geworden als het de asielzoekerproblemen betreft.
Alle bekende programma’s, NOVA, Rondom 10, Netwerk, De Volkskrant, TROUW, en
andere bladen weten ons altijd te vinden. We zijn er tweemaal mede aanleiding
of oorzaak van geweest dat ministers dan wel staatssecretarissen moesten
opstappen vanwege verkeerde informatie over de vluchtelingen.
De Heer Ahmed Pouri, de
leider van PRIME is nationaal bekend om zijn standpunten; en PRIME is ook
gevreesd omdat we nooit enige subsidie aanvaard hebben en dus volkomen
onafhankelijk hebben kunnen werken. De meeste andere organisaties hebben van
Justitie of Binnenlandse Zaken direct of indirect
gelden aanvaard en dat werd hun einde: omdat de sponsor dan de lakens ging
uitdelen. We zijn er zeker van dat de telefoon wordt afgeluisterd door de
Veiligheidsdienst en weten hoe vaak de ministeries onze website bezoeken.
Open de website van PRIME hier
WERKMETHODE
Het is wel zó dat onze strategie bepaalde dat we
zelf géén prominente leidersfunctie zouden
accepteren. Overal ondersteunend aanwezig zijn zonder het roer over te nemen.
Geen pastoorsfunctie, geen voorzitter van een bewonersorganisatie ook al waren
we jarenlang wel het oriënteringspunt; geen eigen projecten naar buiten toe
waarvan we de exclusieve verantwoordelijkheid wilden dragen en het eventuele
succes koesteren!!
Er zijn
voor anderen is het uitgangspunt vanuit onze eigen katholieke identiteit en
onze missionaire visie.
Op het nivo van de
bewonersorganisatie kwam dit het duidelijkst tot uiting: inspireren, samenbrengen,
suggereren en waar nodig, provoceren ( dit vooral naar de gemeentelijke
instantie toe die zich vaak paternalistisch gedragen in onze wijk).
ISLAM
Ook de contacten met de Islam hebben onze
permanente belangstelling. Langzaam beginnen de moslims zich hier thuis te
voelen en durven de ontmoeting met christenen aan. Eerst moeten zij zich
onderling verstaan vanuit hun diverse culturen, en ontdekken dan dat men op
vele manieren een goed moslim kan zijn.
Als deze onderlinge verstandhouding groeit komen er mogelijkheden naar buiten toe. Het moet
vanaf de basis gebeuren en
langzaam groeien. Dit toont ook het grote belang van een
langdurige persoonlijke aanwezigheid waarbinnen langzaamaan onderling
persoonlijk vertrouwen groeit. Een wisselend personeelsbestand zou voor ons
project fnuikend zijn. Continuïteit alleen kan zo’n
proces succes bieden. We zijn dan ook gelukkig dat de meesten van ons meerdere
jaren hier al werken.
CONCLUSIE
Mijn indruk is dat dit project zeer goed gewerkt
heeft. Een doctoraalscriptie over het Missionair Pastoraat in de Schilderswijk, door
een buitenstaander geschreven, duidt daar ook op. Of we precies beantwoorden aan
wat de z.g. presentietheologie beoogt
weet ik niet. We hebben een integraal plan van aanpak, een compleet pakket van inzet
en we hebben nog niemand beluisterd die ons duidde op een lacune in onze
benadering.
Te weinig is er gezegd over onze integratie in de
plaatselijke situatie, over de overlegstructuren waarvan we deel uitmaken.
Ieder van ons is zeker vier avonden per week afwezig naar een of andere
bijeenkomst. Maar we gaan door en juichen iedere kritiek toe.
Geert
Groenewegen m.afr.
Den Haag, 13-11-2006
Webmaster-NL |
![]() |