IN MEMORIAM

 

 

 

                                                     Zr. Francien Franssen ( Mechtilde )

 

                                                     Geboren te Veghel :          21 december 1928

                                                     Eerste professie :             15 augustus   1955

                                                     Gestorven te Heeswijk : 2 juli                2004

 

 

Met veel meeleven van medezusters, familie en een talrijke schaar van kennissen en vrienden, werd Zr. Francien begraven op 6 juli 2004 op de begraafplaats Munsel te Boxtel waar zij rust temidden van haar medezusters.

Gedurende de eucharistieviering ten afscheid, in de kapel van “Sancta Monica” te Esch, verwoordde Zr. Tiny Hölscher haar leven als volgt.

 

In ons gezamenlijk verdriet over het heengaan van onze geliefde zuster Francien Franssen zijn we hier bijeengekomen om in deze eucharistieviering haar te gedenken en uitgeleide te doen. Na een langdurige ziekte en na een liefdevolle verpleging in verpleeghuis Cunera in Heeswijk, is zij heel rustig in de vroege namiddag van vrijdag 2 juli van ons heengegaan in het bijzijn van haar familie en medezusters. Zij blijft in onze herinnering voortleven als een vrolijke, zeer toegewijde en hartelijke zuster die altijd voor iedereen klaarstond.

 

Francien werd geboren op 21 december 1928 in Veghel als derde kind in een gezin van vier jongens en vijf meisjes. De familie was goed bekend in Veghel waar haar vader een grote zaak had in “honderd en één artikelen”. Van jongs af aan was Francien een zonnig, vrolijk en bedrijvig meisje, dat graag zong en altijd in de weer was om feestjes en toneelstukjes te organiseren. Zij was gek op kinderen en dit heeft zeker meegespeeld in haar keuze om onderwijzeres te worden. Na het beëindigen van haar studie stond zij 5 jaar voor de klas in Eerde, op een school van de zusters van Boxmeer.

 

Intussen voelde zij zich geroepen als Religieus Missionaris. Zij kende de zusters van Veghel en van Boxmeer, maar wilde haar missionaris ideaal waarmaken. Na een zoektocht van enkele jaren trad zij in 1953 in bij de Witte Zusters in Esch, waar zij zich vanaf het eerste begin thuis voelde. Op 15 augustus 1955 deed zij haar eerste geloften en vertrok daarna naar Algiers in Noord Afrika voor een aanvullend vormingsjaar. Groot was haar vreugde toen zij voor een stage van 6 weken naar Carthago gezonden werd en zodoende aanwezig kon zijn bij de priesterwijding van haar broer Harry (Witte Pater ).

 

In januari 1957 mocht zij vertrekken naar Tanzania. Met veel plezier gaf zij 9 jaar les op de middelbare Meisjesschool in Kashozi. Francien was met hart en ziel onderwijzeres en had de talenten ervoor. Ook in Kashozi organiseerde zij menig feestje. Zij had goede relaties met de bevolking en de leerlingen en voelde zich thuis in de communiteit met zijn vele nationaliteiten. Zij werkte samen met Afrikaanse zusters die zij voorbereidde om de school over te nemen. Een niet gemakkelijke taak, maar die zij toch kon realiseren voordat zij op vakantie kwam naar Nederland. 

 

Na haar verlof  werd zij benoemd voor het klein-seminarie in Ujiji waar zij 8 jaar les gaf in engels en wiskunde. ”Ik heb heel goede herinneringen aan haar”, schrijft een van haar medezusters. “Zij was een prima onderwijzeres, was erg sociaal en had goede contacten. Iedereen hield van haar”. Vervolgens werd zij belast met een huishoudschool, die zij na een paar jaar ook weer overdroeg aan Afrikaanse zusters. Na een tussenpauze in Nederland van 4 jaar ging zij nog enkele jaren terug naar Tanzania en was werkzaam in de catechese.

 

In 1983 kwam zij terug naar Nederland waar zij gevraagd werd het secretariaat van de Provincie op zich te nemen. Over haar vertrek uit Afrika schreef zij: ” Ik weet nog goed dat ik het best moeilijk vond toen ik gevraagd werd naar Nederland te komen, maar ik ging ervan uit dat ze me niet terug zouden laten komen als het niet echt nodig was. Ik weet wel dat ik Witte Zuster ben geworden omdat ik naar de missie wilde gaan, maar het begrip missie heeft voor mij een veel ruimere betekenis gekregen. Het is niet vastzitten aan een bepaalde plaats of een bepaald land, maar voor mij is het beantwoorden aan een oproep, een appel dat op mij wordt gedaan”.

 

 

Later werd haar ook de boekhouding van de Provincie toevertrouwd. Jarenlang werkte zij heel prettig samen met de econome. Zeer nauwgezet, kweet zij zich uitstekend van haar taak en werd erg gewaardeerd. Ze stond altijd klaar om te helpen zowel in haar werk als elders.Ze had een fenomenaal geheugen dat haar goed van pas kwam. Zij kende alle weldoeners en kon je altijd vertellen van wie of van welke zuster het familie was. Toch bleef zij zich afvragen, angstig soms: “doe  ik het wel goed” ? en dit gaf haar veel spanning.

 

Zij kende veel mensen, zowel in Boxtel als in Esch. Jarenlang was zij actief in de parochie, in de M.O.V., het zangkoor en legde veel bezoekjes af zowel voor feestelijke gelegenheden als voor uitvaarten. Ook had zij de gelegenheid Harry te bezoeken in Burkina Faso met haar oudste broer. Een bezoek waar zij geweldig enthousiast van terugkeerde.

 

In de communiteit was zij een bezielende kracht, verzorgde de liturgische liederen en wist voor ieder kerkelijk feest de juiste teksten te vinden. Op feestavondjes was zij altijd klaar voor een voordrachtje dat zij met jeugdig elan te berde bracht. Haar 40 jarig jubileum was een hoogtepunt voor haar. Ze hield veel van haar vakantie, fietste erop los en was een ster in het oplossen van cryptogrammen.

Het was jammer dat Francien zich vergeleek met haar medezusters. Erkenning en bevestiging deden haar goed, toch voelde ze dat ze niet voldeed aan de vermoede verwachtingen van anderen, terwijl zij toch zoveel talenten bezat. Zij raakte vermoeid vanwege de grote eisen die zij zichzelf stelde.

 

Haar gezondheid ging achteruit. Ze had veel ongemakken en haar doofheid speelde haar parten, maar ze was moeilijk te bewegen om wat rust te nemen.

 

Toen Francien hulp kreeg op het kantoor, kostte het haar veel inspanning om wat ze zelf zo goed wist aan een opvolger uit te leggen.

Ze raakte oververmoeid en had medische opname nodig. Ondanks alle zorg, onderzoeken en opnamen in verschillende locaties liet genezing op zich wachten en werd Francien uiteindelijk opgenomen in “Huize Cunera” in Heeswijk, waar zij liefdevol werd verzorgd.

 

Ik denk dat niemand kan bevroeden hoeveel Francien de laatste drie jaar heeft geleden. Haar ziekte belette haar de mensen die haar het meest nabij waren te bereiken, terwijl wij allen zoveel van haar hielden. Ook de dorpsgenoten die haar kenden als de vrolijke en hartelijke Francien konden moeilijk bevatten dat ze zo plotseling ziek was en verdween.

 

Begin verleden week kreeg zij een ernstige infectie en haar toestand verergerde snel. Familieleden en medezusters waren bij haar toen zij nog uit de handen van haar broer Harry het sacrament van de zieken mocht ontvangen.

Biddend en zingend hebben wij haar begeleid totdat zij met een laatste blik afscheid nam en rustig en vredig van ons heenging.

 

Onze oprechte dank gaat uit naar degenen die haar in Heeswijk met zoveel liefde en zorg hebben omringd en naar allen die haar zo trouw bezochten.

Met Paulus zeggen wij: 

 

“Iemand die in Christus is, is een nieuwe schepping.

                                   Het oude is voorbij, het nieuwe is er al ”.

 

Lieve Francien, we nemen nu afscheid van je. Met de psalmist kun je zeggen:

 

                       “ Nu zal ik zingen
bij citerspel in uw huis.                                                                                                

                                                         Elke dagvan mijn leven.”

 

 

Dat wensen we je van harte toe.

 


Webmaster-NL

Vorige pagina