BRIEF UIT CONGO



Maandagmorgen 1 november 2004 was een werkdag in Congo. Het feest van Allerheiligen wordt er gevierd op 7 november dit jaar. We hadden in gemeenschap beslist om die dag recollectie te houden in de voormiddag.

Omdat een van onze paters naar Bunia moest vertrekken, en omdat onze huis-econoom en confrater Jan de Bekker geld nodig had voor onze gemeenschap wilde hij nog gauw wat geld gaan wisselen en tezelfdertijd een reservatie maken voor het vliegticket voor Bunia. Jan ging vlug met zijn mobyletje naar de Aba weg waar de lokalen van Cetraca
de luchtvaartmaatschappij gevestigd zijn.

Op twee kilometer van hier werd Jan frontaal aangereden door een motorfiets Yamaha die in volle vaart naar beneden reed. Jan reed naar boven op de uiterste rechterzijde van de weg. Maar de jonge motor rijder reed totaal links en botste frontaal op Jan. Het stuur van de moto brak verschillende ribben van Jan die de longen kwetsten en hij werd door de schok achterover van zijn mobyletje geduwd en viel met zijn hoofd op het wegdek…op een plaats met verschillende stenen....

Het ongeval gebeurde juist voor een hogeschool. De studenten stonden buiten op het aanvangssignaal van de eerste les te wachten. Ze houden onmiddellijk een taxibus tegen, leggen Jan daar voorzichtig in en vragen de chauffeur om onmiddellijk naar het hospitaal te rijden.

Ondertussen was ik al verwittigd per telefoon van het ongeval. Ik snelde naar de zusters
100 meter en onmiddellijk vertrok de chauffeur van de zusters met mij naar de auto, van het ongeval. Maar ter hoogte van het hospitaal 400 meter komen we al de taxi met Jan tegen. Hij is in coma en bloed veel uit een diepe wonde in het achterhoofd.

Hij wordt onmiddellijk naar de operatiezaal vervoerd waar de dokter en de verplegers hem al opwachten. Snel verschijnt de hoofddokter die mij inlicht over de noodzaak om Jan naar Uganda en liefst naar Kampala te vervoeren langs Arua. Hij ziet geen mogelijkheid om iets te ondernemen gezien de afwezigheid van Xray en andere hulpmiddelen om te weten wat er eigelijk gebroken is.

In vijf minuten heb ik linnen bij elkaar voor Jan en voor mij en is de stationwagen van de zusters omgetoverd ineen ambulance.Op het ogenblik dat men Jan opheft om hem te verplaatsen naar de auto geeft hij de geest....
Er zijn reeds een zestigtal mensen verzameld rond het hospitaal het is nu 8u.45.
Jan wordt overgebracht naar de tonnelzaal van de middelbare meisjesschool op vijftig meter van de kerk; een zaal waar gemakkelijk enige honderden mensen kunnen plaats nemen. De zaal loopt onmiddellijk vol en we baren Jan op op het verhoog van de zaal.
Ik dien Jan, in het bijzijn van enige honderden mensen, nog het sacrament van de stervenden toe. De gordijnen worden dan even gesloten terwijl de zusters Jan afleggen en mooi zuiver aankleden, als bovenkleren een albe en een witte stool. De diepe wonde in het achterhoofd afgedekt met windels wordt bedekt met een soort muts.

En dan begint een lange dodenwake van 10 uur van die morgen van allerheiligen tot 11 uur in de morgen van 2 november. Zonder oponthoud komen alle organisaties en scholen van de parochie één uur bij Jan waken; de hele dag en de hele nacht door wordt er gezongen en gebeden.

dodenwake en begrafenis Pater Jan de Bekker
Ondertussen is de hele parochie en de hele streek gealarmeerd en komen de mensen van heinde en verre kijken en bidden. Met mijn telefoon had ik al onze regionaal gewaarschuwd en ook de bisschop van ons bisdom.
Men begint het graf te delven op ons kerkhof; ik kan Jan’s graf zien terwijl ik dit schrijf. Er liggen op dit kleine kerkhof nu vier personen: twee witte paters en twee zusters “servantes de Jésus”. Het personeel van de zusters vervaardigt de kist.

In Aru verblijft de Bisschoppelijke Vicaris verantwoordelijk voor de pastoraal. Samen bereiden we de uitvaart voor voor de volgende dag. We maken de keuze van de liederen en van de teksten. Monseigneur kondigt per telefoon aan dat hijzelf de begrafenis zal leiden morgen, 2 november. Pater Bruno Chupin onze regionaal en Pater Harry van deVen verwittigen dat ze morgen zullen aankomen met de vlucht van Cetraca.
Ondertussen worden naaste medewerkers aan het werk gezet om de bezoekers te ontvangen en om voor voedsel te zorgen voor de avond en voor de volgende dag: eten voor enige honderden mensen. Tijdens de middag verdwijnen we even om te gaan eten bij de zusters. Daar kunnen we even bekomen van de spanning en de stress.

In het begin van de namiddag komen onze 3 confraters van de parochie Laybo ons helpen met hun aanwezigheid en hun gebed. Ondertussen blijven de mensen onafgebroken aankomen om te bidden en te zingen bij Jan. Wij horen de zang de hele dag en ook de hele nacht. Met onze confraters komen ook de eerste zusters aan. Ze gaan de zaal in en blijven er als trouwe wachters bidden bij Jan tot diep in de nacht.

Soldaten en politie agenten, de generaal van de rebellen die hier de zaak runt, allemaal komen ze een laatste groet brengen aan Jan. De rebellenleider brengt een zak van 50kg suiker meer als deelname aan de maaltijd voor morgen. De anglicaanse gemeenschap stuurt een enveloppe met geld. Zusters brengen geld voor missen. Iedereen zet zich in zonder vragen te stellen en luistert naar de enkele personen die de verantwoordelijkheid hebben over het geheel.
.
De nacht is kort en zonder veel rust, want overal wordt gewerkt en gepraat, gebeden en gezongen. De wake bij Jan gaat de hele nacht door.
Reeds in de vroege morgen beginnen mensen aan te komen: douanepersoneel van Congo en Oeganda, emigratiepersoneel van Congo en Oeganda, onze katechisten, confraters, bisdom-priesters, de bisschop, zijn twee bisschoppelijke vicarissen, alsmede de twee bisschoppen op rust in ons bisdom. Ja, Jan zal begraven worden met drie bisschoppen en nog twee monseigneurs, een dertigtal priesters - blank en zwart - en evenveel zusters.

Een Nederlandse Dame, werkend in de aids-preventie bij de protestanten, komt Jan groeten en blijft in de dienst. Er word een erehaag opgesteld van de nationale politie waartussen door Jan naar de Kerk gedragen zal worden juist om 11 uur. De kist wordt gedragen vanuit de polyvalente zaal naar de Kerk door de katechisten van de parochie van Aru. Maar eerst zijn alle priesters in processie nog een laatste maal Jan gaan groeten samen met de bisschop.

Het is een mooie witte kist, en ter hoogte van het hoofd is er een venstertje aangebracht waardoor men Jan kan zien. Voorop lopen enige meisjes met mooie bloemstukken ter plaatse gemaakt.

begrafenis Pater Jan de Bekker te Aru, Congo De uitvaart-ceremonie in de kerk begint met het aansteken van de paaskaars naast de kist van Jan. Dan wordt er een groot kruis gezegend en op de kist gelegd. Daarna wordt er een albe en een kazuifel op de kist gelegd. En uiteindelijk de bloemstukken.

De eucharistie wordt opgedragen door Mgr. Marcel Utembi bisschop van het bisdom Mahagi-Nioka, bijgestaan door Mgr. Emile Aiti bisschop emeritus van het bisdom Isiro en door Mgr Alphonse Runiga bisschop emeritus van Mahagi-Nioka. Zij worden verder bijgestaan aan het altaar door Mgr Alile bisschoppelijk vicaris en door Mgr Udong, ook bisschoppelijk vicaris. De meeste priesters van het bisdom waren aanwezig en dan vooral ook Jan’s vrienden.

We kozen voor een uitvaartmis in het wit; wij zijn immers de boodschappers van de verrijzenis temidden van de mensen.. En ook de bloemen waren alleen rood en wit. Het koor zong prachtig. Voor een keer maakte het elektronische orgel niet teveel lawaai: iets waarvoor Jan al een hele tijd vocht. En ook voor een keer zongen ze nu wel liedjes die iedereen kon meezingen, ook een stokpaardje van Jan.

Monseigneur preekte nauwelijks iets meer dan tien minuten….en toen barstte er een onweer los boven Aru. De regen dreunde op het golfplatendak, en viel met bakken neer: alsof de hemel met ons mee treurde.

Spijtig dat het toen zo donker werd en dat gedurende de dag geen elektriciteit is om de kerk te verlichten. En het bleef regenen tot het einde van de mis. Gelukkig is onze geluidsinstallatie goed en kon men perfect verstaan in de kerk wat er gezegd werd, ook tijdens hevige regenval. Tijdens de laatste gebeden hebben ze mij
als pastoorook gevraagd om de kist te zegenen en te bewieroken na de bisschoppen.


Monseigneur stelt voor dat iedereen die niet ziek is de kist begeleidt tot aan het graf….ondanks de pletsende regen. Bijna iedereen gaat mee naar buiten en ik krijg bij het buitenkomen een paraplu in de hand geduwd. De kist wordt naar het graf gedragen door een tiental jonge priesters van ons bisdom. Het blijft regenen terwijl Monseigneur de laatste gebeden uitspreekt. Hij zegent het graf en het kleine kerkhof.

De ceremonie eindigt met een gezamelijke maaltijd in de parochiezaal voor de autoriteiten van Kerk en Staat. Alle andere aanwezigen mogen aanschuiven in de grote zaal waar Jan lag opgebaard vóór de mis. Er was voedsel voorzien voor zes à zeven honderd mensen. Ik hoorde op het einde van de dag dat iedereen het nodige had gekregen.

absoute en begrafenis van Pater Jan de Bekker te Aru, Congo.Mgr.Utembi.Links met paraplu Pater Ivo Wellens
Tot slot van de maaltijd gaf Monseigneur ons Jan tot voorbeeld op vier punten:
1. Jan was een echte missionaris die op latere leeftijd het nog aandurfde om een hele nieuwe taal te leren en te komen werken in een hele nieuwe streek voor hem.
2. Jan hield van de jeugd. Hij kon moeilijk aanvaarden dat ze niet naar school konden en dat geen schriften en bics en schoolboeken te vinden waren. Jan stelde dan ook alles in het werk om hieraan te voldoen. Hij liet schoolboeken drukken van frans en cahiers komen vanuit Oeganda. Hij voerden bics in en krijt en papier. Hij wilde school echt als ontwikkeling voor de kinderen.
3. Jan was altijd bereid tot dienst, ook nu weer om het ticket te gaan kopen voor André. En dat nog snel alvorens de recollectie te beginnen.
4. Jan was een man van onthaal en dat voor iedereen; altijd vriendelijk .

“Wij hopen hem na te kunnen volgen…!”
Na deze woorden ging iedereen naar huis.

Ivo Wellens
Pastoor van Aru
Congo

Webmaster-NL

Vorige pagina