In medeleven en dankbare herinnering:

Chris, Christianus Joannes Middelburg (Broeder Jacobus)

Missionaris van Afrika  

 NOORD AFRIKA

Chris werd geboren op 25 mei l914. Om missionaris te worden volgde hij de opleiding in onze vormingshuizen van St.Charles bij Boxtel, en Maison Carrée, Algiers, waar hij zich op 12 april 1936 door een eed van trouw verbond aan onze Sociëteit van de Missionarissen van Afrika.

 

In juli 1936 ging hij naar Sterksel, waar hij benoemd was voor het klein seminarie van de Witte Paters, om er voor de tuin te zorgen. In maart 1937 ging hij naar ‘s Heerenberg en heeft ook daar zo’n 10 jaar voor de tuin gezorgd, waaronder de oorlogsjaren 1940-45.

 

EINDELIJK EEN VASTE STANDPLAATS

In 1946 wordt hij benoemd voor de drukkerij van het Generalaat van de Missionarissen van Afrika in Algiers, maar onderweg in Parijs wordt hij gevraagd eerst te helpen bij de herinrichting van ons seminarie te Bonnelles. In januari 1947 komt hij aan in Algiers en wordt van daaruit in juni 1947 benoemd voor het bisdom Nzerekore, in Guinee (West Afrika), waar hij aankomt in oktober van dat jaar, en waar hij de zorg opneemt voor de koffie plantage van de Missie van Gouecké.   

 

Chris was goed gezien door iedereen, niet op de voorgrond tredend, een gestage en toegewijde werker. In 1972 schreef zijn regionale overste: “Door het goede werk dat hij levert, zijn godsdienstzin, en zijn goede humeur is hij een model voor de andere broeders in het bisdom”. Hij had een mooi handschrift, en een opmerkelijk ruime woordkeus. Hij hield van bloemen en van muziek, en speelde het harmonium. Ook in de schilderkunst was hij niet onverdienstelijk! In ons verzorgingshuis te Heythuysen hangen er een aantal op de muren van de gangen.

 

Die koffie plantage was een enorm gebied, slecht georganiseerd, en met een zeer klein aantal arbeiders. Chris was dan ook blij dat hij overgeplaatst werd naar de bouwwerkzaamheden in het Bisdom. Zijn overste schreef: “daarin heeft hij zeer belangrijke diensten verleend in alle plaatsen waar hij bouwde”. Een voormalig algemene econoom zei dat Chris “met smaak bouwde”. Alles in detail afgewerkt, en met goed gekozen kleuren. Er moest veel gebouwd worden, of zoals hijzelf schreef in 1951: “Broeders en centen, daar ontbreekt het ons het meest aan”.

 

CHRIS IS DE MEEST BEKENDE MISSIONARIS IN GUINEE

In plaatsen als Gouecké, Yomou, Macenta, Kolouma was hij werkzaam. Scholen, en nog eens scholen, kerken, pastorieën, huishoudschool, ambachtschool, houtzaagmachine monteren, huis voor zusters, waterreservoirs. Chris schreef: Het bouw programma is zo overbelast, dat het ene gebouw nog nauwelijks begonnen is, of je moet alweer een ander uitzetten. De machine voor het maken van bakstenen kon geen gelijke tred houden met de behoeften van de bouw. Hij had daarvoor zoveel rollend materiaal en machines, dat een goede mecanicien onontbeerlijk werd. Omdat in 1956 de kathedrale kerk nog niet af was, hebben zij het Kerstfeest gevierd op het voetbalveld om voldoende plaatsruimte te hebben. Ondanks zijn drukke werkzaamheden vond Chris nog de tijd om een fraaie vlindercollectie aan te leggen.

 

In oktober 1959 schrijft Chris “dat de eerste gevolgen van het totalitair bewind van Sékou Touré zich doen voelen. De jeugdbewegingen van de kerk werden opgeheven, en binnen de 3 jaar zullen alle scholen genationaliseerd worden, en nu al mag de kerk geen nieuwe leerlingen meer aannemen. De Franse ambtenaren werden vervangen door Russische. De koffieplantage van de kerk werd onteigend, zoals ook die van plaatselijke Guineërs. Geen eigendomsrecht meer. Intussen gaan wij “gewoon door voorzover het kan”. Eind 1960 schrijft hij: Wat de bevoorrading betreft leven we zoals in het laatste oorlogsjaar in Nederland. We verliezen de moed niet.

 

DE BLANKE MISSIONARISSEN HET LAND UIT GEZET

In 1967 worden alle blanke missionarissen het land uitgewezen. Plaatselijke pastorale werkers en Afrikaanse missionarissen, priesters uit andere West Afrikaanse landen, zelfs uit Oost Afrika, namen het kerkwerk over. Chris was toen op verlof in Nederland, en vertrok in januari 1968 naar Burkina Faso, het bisdom Ouahigouya. Na 10 jaar, in 1978 maakte zijn regionale overste de volgende evaluatie: “Hij heeft zich opmerkelijk goed ingeleefd in de Burkinesche leefwereld, zo verschillend van Guinee. Hij bouwde er een nieuw bisschopshuis met bisdom kantoren, een garage voor de opleiding van monteurs, jongens met alleen lagere school en uit een financieel minder begunstigd milieu. En verder allerlei andere bouwwerken in het hele bisdom.”

 

Zo bouwde hij ook een afgelegen dorpskerk, en leefde toen 2 maanden onder de plaatselijke bevolking, zich aanpassend aan  hun leef-omstandigheden en met hun voeding. Deze ervaring heeft grote indruk op hem gemaakt, zijn achting voor het gewone volk nam er door toe, en terug thuis bleef hij er over vertellen. Zijn werk wordt zeer gewaardeerd, want met zorg gedaan, werd alles een volmaakte afwerking. Hij is goed voor zijn arbeiders, wel strikt en rechtvaardig; zij waarderen hem.

 

EEN MAN VAN GOD, GEËERD DOOR DE KONINGIN

Chris is een “man van God”, prettig in het gemeenschapsleven, attent en steeds bereid een dienst te verlenen. De rust zelve, aarzelt hij niet om zijn mening te geven, en omdat hij zo evenwichtig is, wordt er naar hem geluisterd. Hij is steeds goed gehumeurd, en straalt die vrede ook uit. Hij is een levende getuige door de oprechtheid van zijn leven als Broeder, geheel in dienst van de missie en van de kerk. Een ware voorbeeld funktie. Het was ook niet verwonderlijk dat Chris geridderd werd in de orde van Oranje Nassau.

 

De werkdruk was te groot geweest, en in november 1980 moest hij op ziekenverlof komen, en werd hij in januari 1982 benoemd voor Nederland om in de prokuur van Boxtel de verzending van  goederen naar Afrika op zich te nemen. Hij was toen 68 jaar oud. Die beslissing viel hem zwaar, maar hij aanvaardde deze, zonder ophef, in een geest van geloof, zoals hij altijd geleefd had.

 

NOG TWINTIG JAAR IN HEYTHUYSEN!

In 1987 verhuisde Chris mee naar Heythuysen. Al vlug had hij daar een eigen tuintje voor bloemen, steeds goed verzorgd, zonder een sprietje onkruid. Hij plukte er bloemen voor zijn kamer; in de winter kocht hij die op de markt. Hij schilderde stillevens; bloemen stonden daar in centraal. In de kapel bespeelde hij het harmonium; op zijn kamer speelde hij op een keyboard. Vele jaren zong hij de Exultet in de Paaswake.

 

Toen zijn gehoor hem in de steek liet, bleef hij tijdens kerkdiensten enthousiast meezingen, zodat het “meerstemmig” werd! ´s Avonds wanneer ieder de koffiekamer verlaten had, stak hij een sigaartje op en nam de krant. Zijn laatste dagtaak was het legen van alle asbakken, de stoelen recht zetten, en alle lampen uitdoen. Tot op hoge leeftijd genoot hij van zijn sigaar en borreltje, en bleef hij zeer gevat.

 

Het motto van Chris:            “Ik leg stevige fundamenten, samen met de Heer,

                                   opdat de werkers niet voor niets werken.”  24.12.1978.



Foto's van de uitvaart en begrafenis van Broeder Chris Middelburg.

Webmaster-NL

Vorige pagina