IN MEMORIAM Zuster Catharina van Ruijven ( St. Eleuthère )
Met veel meeleven van
medezusters, familie, vrienden en kennissen werd Zr. Catharina begraven op 11
september 2006 op begraafplaats Munsel te Boxtel,
waar zij rust temidden van haar medezusters. Gedurende de eucharistieviering
ten afscheid, verwoordde Zr. Tiny Hölscher
haar leven als volgt. Wij zijn hier samengekomen om
onze dierbare Zr. Catharina te gedenken. Na een kort ziekbed overleed zij op woensdagavond
6 september in het bijzijn van twee van haar medezusters. Gedurende deze
viering willen wij haar uitgeleide doen en onze dank uitspreken voor haar en
haar lang en rijk missionarisleven, in de zekerheid dat zij nu haar Heer heeft
ontmoet. Catharina, of Toos zoals zij
thuis werd genoemd, werd geboren in Rijswijk op 28 april 1915 als achtste kind
in een diep gelovig gezin van tien kinderen, 4 jongens en 6 meisjes. Vader ging
zijn kinderen voor in het geloof en bracht hen de liefde bij voor God en de
kerk. Ook introduceerde hij hen in het missaal en de liturgie. Vier van zijn
dochters voelden zich geroepen tot het religieuze leven en een zoon trad in bij
de Benedictijnen in Chevetogne. Door de verschillende
missietijdschriften, die in het gezin werden gelezen, groeide bij Catharina het
verlangen om Religieus Missionaris te worden. Na een retraite, gegeven door
twee Missionarissen van Afrika (Witte Paters), stond haar besluit vast en op 4
april 1934 trad zij in bij de Missiezusters van O.L.Vrouw
van Afrika te Esch. Haar moeder was enkele maanden
ervoor gestorven, maar haar vader moedigde haar aan haar roeping te volgen. Drie
maanden na haar intrede stierf ook hij. In enkele maanden tijd verloor zij dus
beide ouders. In geloof vond zij de innerlijke kracht om dit te verwerken. Na haar eerste Professie in oktober 1937 vertrok zij naar Noord Afrika waar
zij meer dan dertig jaar als missionaris werkzaam zou zijn, twintig jaar in
Algerije en “tussendoor” tien jaar in Tunesië. Haar ervaringen zijn gevarieerd.
Zo werkte zij eerst enkele
jaren te Birmandreis (ten Z. van Algiers) in het weeshuis
en het onderwijs aan kleine kinderen. Later verhuisde zij naar Thibar in Tunesië, waar zij naast de huishoudelijke taken –
vooral werkzaam was in het “Ouvroir”, de werkplaatsen
waar door Tunesische jonge vrouwen en meisjesprachtige tapijten werden geweven.
en Arabische kant gemaakt. Daarnaast deed zij huisbezoek waarbij
zij kennis maakte met de cultuur en gebruiken onder de bevolking. Zij kende de
taal reeds enigszins, maar in 1955 bekwaamde zij zich
verder in het Arabisch door een jaar taalstudie.
In 1959 volgde zij een geestelijke vernieuwingscursus, ons z.g.n.”derde
jaar”, en kwam daarna naar Nederland voor een goede vakantie. Terug in Noord Afrika behaalde
zij in 1962 haar verpleegsters diploma
en werkte zij in verschillende ziekenhuizen en poliklinieken, onder meer in El Affroun, Biskra (in de Sahara), Les Attafs,
en in een Rode Kruis kliniek in Tunesië. Catharina was zeer geliefd in haar communiteit. Zij hield van gezelligheid en
was echt aanwezig zonder op de voorgrond te treden. Haar patiënten en medewerksters
waardeerden haar zeer. Zij hield van de mensen en besteedde vooral aandacht aan
de vrouwen. Het
geheel eigen karakter van missiewerk in een islamitisch land maakte rechtstreekse
evangelisatie onmogelijk, maar zij probeerde het Evangelie te beleven op een
menselijke manier door “er te zijn”
voor de mensen en samen met hen naar God te gaan. In 1972 moest zij vanwege haar
gezondheid terugkeren naar Nederland, en werkte zij enkele jaren als
verpleegster in Boxtel en Oss. Haar hart ging echter uit naar de Marokkaanse
vrouwen… Deze waren in grote getallen
aanwezig in Nederland. Zij waren de echtgenoten van de gastarbeiders, die in
die jaren uit Noord Afrika naar ons land kwamen. In Rotterdam werd door onze Congregatie
een communiteit opgericht met het doel deze vrouwen bij te staan en Catharina was
heel blij zich hierbij aan te sluiten. Het was pionierswerk, want “integratieprojecten” bestonden toen nog
niet. Uit de vele getuigenissen die ons nu bereiken, blijkt hoe intens zij zich
bij deze vrouwen en hun families betrokken voelde. Omdat zij de taal goed kende
fungeerde zij als tolk in het consultatiebureau en bij bezoeken aan instanties
en doktoren. Het is bijna onmogelijk te
zeggen wat zij voor de gezinnen heeft betekend, ook op het gebied van opvoeding
van de kinderen, scholing en het zoeken naar goede banen. De Marokkaanse vrouwen
hielden veel van haar. Zelfs nadat zij al jaren uit Rotterdam was vertrokken
kwamen verschillende van hen, alsook haar medewerksters, haar regelmatig bezoeken
in Warmond. Als religieuze had zij een diep
geloof in God’s goedheid voor alle mensen. Eens per
maand ging ze naar een Koptische liturgie waar ze
zoveel van hield. Zij had een sterke band met
haar familie vooral met haar zussen religieuzen en ze kwamen geregeld samen. Ze
hield ook van mooie planten en bloemen waarmee haar familie haar dikwijls
verraste. In 1991 werd de communiteit van
Rotterdam opgeheven. Zij nam toen haar intrek in Mariënweide
te Warmond. Samen met een tiental ‘Witte Zusters’ voelde zij zich thuis in dit
eenvoudige gebouw met zijn huiselijke sfeer. Uiteindelijk werd de groep te
klein, en verhuisde Catherina samen met twee Catharina was niet sterk waar
het haar gezondheid betreft, maar haar sterke wil en moed hielden haar jarenlang
op de been. Een kranige vrouw, klaagde zij niet gauw. In
de tachtiger jaren moest zij herhaalde malen geopereerd worden aan haar heupen
en het genezingsproces verliep iedere keer zeer moeilijk. Dapper bleef zij
werken aan haar herstel. Na
een zoveelste operatie - enkele jaren geleden, ging het echter mis en verbleef
zij maanden in het ziekenhuis, waar de doktoren probeerde de ontstekingen en
afstoting de baas te worden. Het mocht niet baten en
uiteindelijk werd de prothese eruit gehaald. Met haar sterke wilskracht kwam
zij er toch bovenop en wist ondanks deze handicap met aangepaste middelen
mobiel te blijven. Met Liesbeth Nederpelt, haar
buurvrouw, die samen met haar verhuisd was vanuit Marienweide,
ontstond een diepe vriendschap. Zij baden samen en waren elkander
tot steun. Zij kwamen veel bij elkaar, en wisten met z’n
tweeën goed te functioneren. De laatste weken voelde
Catharina dat het niet goed ging met haar gezondheid en kreeg zij ernstige
buikklachten. Zij kon echter nog haar zus Johanetta
op haar verjaardag bezoeken, niet wetende dat dit de laatste keer zou zijn. Op
zaterdag 2 september werd zij opgenomen in het Rijnland Ziekenhuis te Leiderdorp.
Onderzoeken wezen uit dat een operatie noodzakelijk
was. Tijdens de operatie bleek dat
een tumor in vergevorderde staat de oorzaak was van haar klachten en dat haar
toestand ernstig was. Ondanks alle goede zorgen raakte zij in een coma en werd
het duidelijk dat haar einde naderde. In de vroege avond van woensdag 6 september
overleed zij heel rustig en gaf haar leven terug aan haar Schepper. Allen zijn wij verrast door dit
plotselinge heengaan van Catharina. Met haar verliezen wij een beminnelijke en
hartelijke medezuster, “een vurige
apostel” zoals haar zus haar noemde. Moge zij nu eeuwige vreugde en
leven genieten bij God. Lieve Catharina rust in vrede |
Webmaster-NL |